CD Recensies

FORQUERAY, A. EN J.B.: OU LES TORMENTS DE L'ÂME

Forqueray, A. en J.B.: …. Ou les torments de l’âme. Suites voor klavecimbel en b.c. nr. 1 in d, 2 in G, 3 in D, 4 in g, 5 in c (ged.); Stukken voor Viola da gamba en b.c.; Manuscrit de Lille; Requeil de pièces de violes avec basse tiré des mailleurs autheurs; Les Forqueray à l’épreuve des tourments; Rameau: ‘La Forqueray’ uit Pièces de clavecin en concerts nr. 5; Giurgiu-Bondue: Carillons pour Forqueray; Clément: Allegro ma non troppo; Vioolsonates nr. 1, 4 en 6; Couperin, F.: ‘La superbe ou la Forqueray’ uit Pièces de clavecin, boek 3; Boutmy: La Forcroy; Dornel: ‘Prélude’ en ‘Chaconne’ uit La Forcry in D op. 2/4; Braye-Weppe: Tombeau de Forqueray; Duphly: ‘La Forqueray’ uit Stukken voor viool en klavecimbel boek 3. Ryo Teradado (v), Michèle Dévérité (kl), Kaori Uemura (vdg), Ricardo Rodriguez Miranda (vdg), Robert Kohnen (kl). Harmonia Mundi HMM 90.5286/9 (5 cd’s, 4u. 55’33”). 2015

 

Net als de Couperins vormden vader Antoine Forquaray (1671-1745) en diens zoon Jean-Baptiste (1699-1782) een bekende Franse familie van musici, met dit verschil dat de Couperins uitblonken op klavecimbel  en de Forqueray’s een gambistenfamilie vormden. 

Hun muziek is met enige raadsels omgeven. In 1747 publiceerde Jean-Baptiste gambawerken onder de naam ‘M. Forqueray le père’. Maar het zou best kunnen dat ze niet van hem waren omdat de harmonisch avontuurlijke stijl niet helemaal klopt. Musicologen gaan ervan uit, dat het om door de zoon gemaakte bewerkingen gaat met een toegevoegde baslijn en eigen toevoegingen. Het zijn werken die zijn opgedragen aan tijdgenoten als Rameau, Leclair en Buisson en Bourron.

In datzelfde jaar publiceerde hij zijn eigen klavecimbeltranscripties van werken van zijn vader, wat voor extra inkomsten zorgde. Het schijnt dat Antoine een onaangenaam mens was, die zijn zoon een poos gevangen liet zetten op grond van een beschuldiging wegens diefstal.

Hoe dat ook zij: beider muziek is binnen de Franse gambawereld kwalitatief en kwantitatief zeer omvangrijk, heel goed geschreven en daardoor interessant. Er zijn heel wat aardige en bijzondere momenten. De ‘allemande’ uit de Suite nr. 1 klinkt niet alleen intens, maar ook nostalgisch (aanduiding noblement avec sentiment). ’La Portuguese’ heeft ook iets melancholieks, ‘La mandolie’ en ‘La Dubreuil’ uit Suite nr. 2 zijn fijnzinnig en de oude instrumenten komen mooi uit in La Forqueray uit Suite nr. 1, ‘La Bouron’ en ‘Le Leclair’ uit Suite nr. 2. Verleidelijk slaagde La Cottin’, hypnotiserend ’La Bellemont’ en ‘ontroerend ‘La Couperin”. Alles nog maar aan het begin.

Zo gaat het voort en valt er veel te genieten. De toevoeging van werken van terzijde betrokken componisten maakt het nog boeiender. Grote waardering is op zijn plaats.

Er was bijvoorbeeld een mooie opname van Jordi Savall (vdg), Ton Koopman(kl) en Christophe Coin (vdg) (Astrée E 7762) uit 1988 maar het nieuwe album heeft als vollediger overzicht, muzikaal en ook door de aardige connectie met andere componisten, meer te bieden.