Fux: Partita’s in Bes K. 319, g K. 320, G K. 321, g K. 322, C K. 323, E. 64, d K. 326, C K. 331. Gunar Letzbor met Ars antiqua Austria. Challenge CC 72381 (67’53”). 2010
Als een grote contrapuntist wist Johann Joseph Fuchs (1660-1741) wat moois te maken van zijn Partita’s voor 2 vioolstemmen en basso continuo. Letzbor vertrouwt die baspartij terecht liever aan een violone dan aan een cello toe naast het klavecimbel.
De werken zijn vier- of vijfdelig van opzet, alleen K. 326 telt er zes. Italiaanse modellen van de kerk- en kamersonate dienen als grondslag. Dansvormen als menuet, bourrée en gigue ontbreken niet. K. 323 heeft zelfs programmatische trekken met ‘Les cambattants’, ‘Les vainqueurs’ en een perpetuum mobile. Apart is ook K. 331 met een vroeg voorbeeld van janitsaren muziek waaraan ook slagwerk te pas komt.
Letzbor en de zijnen zijn doorkneed is de gewenste stijl en spelen dit leuke materiaal op onopgesmukte wijze die tot veel herhalingen verleidt.