Glazoenov: Vioolconcert in a op. 82; Chant du ménestrel op. 71; Pianoconcerten nr. 1 in f op. 92 en 2 in B op.100; Saxofoonconcert in Es op. 109. Rachel Barton Pine (v), Wen Sinn Yang (vc), Alexander Romanovsky (p) en Marc Chisson (sax) met het Russisch nationaal orkest o.l.v. José Serebrier. Warner 2564-67946-5 (2 cd’s, 1u. 54’59”). 2010
Warner bracht handig de belangrijkste concertante werken bijeen. Wanneer we ons hier richten op het saxofoonconcert, is dat omdat al zoveel, soms betere opnamen van het vioolconcert voorhanden zijn: van Vengerov bijvoorbeeld (Warner 0927-49567-2) of van Milstein (EMI 558.035-2). De pianoconcerten zijn relatief minder belangrijk, maar dat kan niet worden gezegd van het saxofoonconcert uit 1934. Het was een van zijn laatste, in Parijs geschreven werken.
Slechts strijkers begeleiden de solist en de componist heeft de tonale contrasten vakkundig gerealiseerd. Marc Chisson zoekt mooi en geruststellend en met een fluwelige toon zijn weg in dit werk, dat met de symfonie nr. 4, de Finse fantasie en het vioolconcert tot Glazoenovs beste werken behoort. Het werd een jaar voor zijn dood voor Sigurd Raschèr geschreven.
Het gaat om een vrij blij, licht melancholiek en vrij eenvoudig mee te neuriën werk dat toch een igen distinctie bezit. Serebrier kent het werk goed, want hij voerde het met Raschèr in 1961 in Utica in de V.S. ook al uit.
Terzijde opgemerkt: op een verzamel cd, Vanguard 99039, voert o.m. ook Arno Bornkamp dit werk uit.