Glass: ‘Opening’ Glassworks; Études nr. 2 + bew., 3, 5, 6, 9, 13, 14, 15, 18, 20; ‘Opening’ Glassworks (bew.). Vikingur Ólafsson (p) met het Siggi strijkkwartet. DG 479.6918 (79’39”). 2016
De tachtigste verjaardag van Philip Glass 31 januari 1937 slaat nog steeds brede golven. In de aanloop daarnaar koos de pianist een stel pianisten om zijn twintig Études in Londens Barbican Hall te spelen. Eén van hen was de IJslandse pianist Vikingur Ólafsson, die naast zijn solocarrière ook artistiek leider is van Midzomermuziek en Reykjavik en het Vinterfest in Stockholm. Blijkbaar imponeerde hij het meest, althans dat schreef de kritiek.
DG bood hem vervolgens de kans om zijn cd debuut met Glass te maken. Dat is nogal verrassend (net zoals violisten tegenwoordig graag debuteren met de solosonates van Bach en Ysaÿe of de Capriccio’s van Paganini). Maar illustreert ook hoe hoog het niveau van het piano- en vioolspel intussen is gestegen.
Eerder is in deze rubriek aandacht besteed aan de enige volledige opname van de twintig Études door Maki Namekawa (Orange Mountain Music OMM 0098 (2 cd’) en van band I door Glass zelf (Orange Mountain Music OMM 009.
Dat Ólafsson een keuze moest doen omdat de maximaal mogelijke opnameduur van de cd grenzen stelt aan het aantal vast te leggen Études, is te des te meer te verkroppen omdat hij begint met de ‘Opening’ van Glassworks en eigen bewerkingen daarvan en van Étude nr. 2 laat uitvoeren door het Siggi strijkkwartet. Twee boeiende, controleerbare gedaanteverwisselingen die met de rest van het recital voor een belangrijke aanvulling van de Glass discografie zorgen.