Glazoenov: Pianoconcerten nr. 1 in f op. 92 en 2 in B op.100; Goedicke: Concertstuk in D op. 11. Stephen Coombs met het BBC Schots orkest o.l.v. Martyn Brabbins. Hyperion CDA 66877 (65’37”). 1996
Stravinsky’s spottende, lichtelijk boosaardige opmerking over Alexander Glazoenov (1865 -1936) dat deze ‘een Carl Philipp Emanuel Rimsky-Korsakov’ was, lijkt nogal unfair voor een niet onbelangrijke, goede componist. Wel werd zijn inspiratie geringer tegen het eind van zijn in alcohol gedrenkte leven in Parijse ballingschap.
Maar daarvan was in de beide Pianoconcerten uit respectievelijk 1911 en 1917 gelukkig nog geen sprake. Nummer 1 is tweedelig en omdat het tweede deel bestaat uit een reeks variaties, worden dat er in totaal elf.
Nummer 2 is compacter en biedt echo’s van Rachmaninovs Pianoconcert nr. 2, al worden die geen moment even krachtig.
Het decoratieve en vrij complexe Concertstuk van van tijdgenoot Aleksandr Goedicke (1877 - 1957), een neef van Medtner, is uit 1900 en vormt een mooie aanvulling.
Stephen Coombs treft in zijn heel gemotiveerde en veelzeggende verklankingen goed de geest van deze werken die hij subtiel ook van lyrische warmte voorziet en Brabbins ondersteunt hem heel sympathiek. Overigens maakte deze Coombs ook een volledige opname van Glazoenovs pianowerken (Hyperion CDA 66833 (met de ’Suite op de naam Sascha’, de Miniaturen op. 42 nr. 1-3, de Valse de salon op. 43, de Grande valse de concert op. 41, de Walsen over het thema Sabela op. 23, de Petite valse op. 36 en de Pianosonate nr. 1 in bes op. 74.