Graupner: Antiochus en Stratonice. Christian Immler (b., Antiochus), Hana Blaziková (s., Stratonica). Harry van der Kamp (bs., Seleucus), Sunhae Im (s., Mirtenia) e.a. met het Boston Early Music festival orkest o.l.v. Paul O’Dette en Stephen Stubbs. CPO CPO 555.369-2 (3 cd’s, 3u. 54’30”). 2020

 

Antiochus und Stratonica, of L’Amore ammalato (de zieke liefde) is een barokopera van Christoph Graupner op een libretto van Barthold Feind naar een idee van Assarini en Corneille en gaat over de liefde die de zieke en zieke en ziekelijke prins Antiochus heeft opgevat voor zijn schoonmoeder Stratonica. Het werk ging in 1708 in première in het Theater am Gänsemarkt in Hamburg.

Ingres en Jacques-Louis David maakte schilderijen van de bedlegerige Antiochus die wordt verzorgd door Stratonica. Er wachten de gebruikelijke dramatische en treurige verwikkelingen tussen allerlei betrokken personages, maar aan het happy end slot staan drie gelukkige bruidsparen op het toneel. Graupner gebruikt daarvoor steeds passende muziek die hij laat begeleiden door een stevige orkestbezetting met o.a. drie blokfluiten en vier hobo’s.

In Boston werd een heel goed, internationaal samengesteld solistenteam verzameld, waaronder de Nederlandse bas Harry van der Kamp, die in Amsterdam bij Max van Egmond studeerde en zo’n dertig operarollen op zijn repertoire heeft.

Met de opname van werken van Steffani, Händel, de Lalande, M.A. Charpentier en Sebastiani verwierf Boston Early Music ensemble een bijzonder goede reputatie en deze opname vormt daar geen uitzondering op.