Grieg: Strijkkwartet nr. 1 in g op. 27; Brahms: Klarinetkwintet in b op. 115. Jörg Widmann (kl) met het Hagen kwartet. Myrios MYR 007 (75’44”). 2011
Herinneringen roept deze tweede jubileum cd van het Hagen kwartet ter gelegenheid van het dertigjarig bestaan op. Herinneringen aan het eerste Lockenhaus festival in 1981. Daar, diep in een verscholen dorpje tegen de toen nog vrij hermetisch gesloten Hongaarse grens in het Oostenrijkse Burgenland hadden Gidon Kremer en de dorpspastoor een ‘met collega’s en vrienden bemand spontaan, ongedwongen’ kamermuziekfestival georganiseerd. Gemusiceerd werd er, vaak tot diep in de nacht met marathonconcerten. Het was een feest erbij te zijn en te kunnen helpen met het helpen, al was het maar met stoelen sjouwen en programmatoelichtingen maken.
Tot de veelbelovende jonkies die daar bijna hun debuut maakten (het eigenlijke debuut was iets eerder in Salzburg waar ze studeerden geweest) waren de leden van het Hagen kwartet. Aanvankelijk had het helemaal uit familieleden zullen bestaan, maar een vioolmeisje Hagen besloot toch liever voor tandarts te gaan studeren. De Nederlandse Annette Bik viel graag in, maar ruimde enige jaren later haar plaats in voor Rainer Schmidt. Daarna vonden geen wisselingen meer plaats in het ensemble, dat al snel in de eredivisie van de strijkkwartetten optrad; een plaats die het na dertig jaar nog steeds inneemt.
Bijna dertig jaar verschenen de opnamen van het geliefde ensemble bij DG, sinds kort is die rol overgenomen door het nieuwe, met de Deutschlandfunk verbonden label Myrios. De eerste jubileum cd was gewijd aan Beethovens Strijkkwartet nr. 8 op. 59/2, Mozarts kwartet nr. 14 KV 428 en Weberns Fünf Sätze en 6 Bagatellen (Myrios MYR 006), deze tweede aan een wat ongewoon Grieg/Brahmsprogramma onder het motto ‘Introspectie – Retrospectief’. Het waarom van de keuze wordt door de kwartetleden in het ‘programmaboekje’ toegelicht. Het gaat er duidelijk om de dramatische en emotionele inhoud zo diep mogelijk uit te putten
Voor wie vrede heeft met deze keuze valt weer heel veel te genieten, want inderdaad: wat vroeger soms erg mooi maar haast te verfijnd, te gecultiveerd klonk, komt nu geëngageerder, karakteristieker naar voren met behoud van de vroegere glans.
Grieg was midden dertig toen hij zijn eerste (en enig voltooide) strijkkwartet schreef rond een zin uit zijn kort tevoren getoonzette lied Spillemaend (fiedelaars) als bindend element. Het werk kreeg kritiek omdat het te vet geïnstrumenteerd zou zijn en moeizame momenten zou bezitten. Vandaar dat het tijdenlang nauwelijks werd geprogrammeerd. Maar na het verrassende Shanghai kwartet (Delos DE 3153), Petersen kwartet (Capriccio 10.476), Oslo kwartet (Naxos 8.550879) en Chilingirian kwartet (Hyperion CDH 55299) treden nu geweldige helpers naar voren. Ze munten uit door zowel de gravitas van het werk als de tegenstellingen in de structuur knap te binden in een dynamisch heel geschakeerde vertolking. Zo werken ze zich naar voren op de ranglijst.
Hierna is het heel moeilijk om niet meteen diep getroffen te raken door de tere melancholie van het eerste thema van het klarinetkwintet dat Brahms in 1891 schreef. De warme, rijke toon van Jörg Widmann en diens als zoete honing vloeiende spel is ook balsem voor de oren. De kwartetleden maakten hoorbaar een plaatsje in hun midden voor de klarinettist vrij ter wille van een hecht geïntegreerd ensemble. De klankversmelting is vrijwel ideaal en iedereen speelt kennelijk op de toppen van zijn kunnen. Natuurlijk dienen zich ook hier eerdere opnamen aan. Voorop die van King met het Gabrieli kwartet (Hyperion CDA 66107) en Leister met het Leipzigs kwartet (Dabringhaus & Grimm MDG 307.0719-2) en Shifrin met het Emerson kwartet (DG 459.641-2), maar wat hier wordt geboden is minstens zo mooi, zo niet nog wat fraaier.