CD Recensies

HARTMANN: CONCERTO FUNÈBRE; SUITES EN SONATES VOOR SOLOVIOOL, IBRAGIMOVA

Hartmann: Concerto funèbre (1959); Suites voor soloviool nr. 1 (1927) en 2 (1927); Solovioolsonates nr. 1 (1927) en 2 (1927). Alina Ibragimova met Britten Sinfonia. Hyperion CDA 67547 (80’46). 2007

 

In eigenlijk al zijn werken heeft Hartmann voortgebouwd op de traditie en deze naar eigen vermogen uitgebouwd zonder zich ooit aan avant-gardistische of restauratieve stromingen te binden. Hij hield zich wel liefst aan klassieke vormschema’s maar vulde deze dan met quasi barokke expressiedimensies van levenslust of juist verval zonder daarbij in de clichés van de neobarok te ontaarden.

Op deze tot de hoogste nok gevulde cd die tevens het debuut van Ibragimova (1985) markeert, zijn heel praktisch alle werken voor soloviool die al in zijn studententijd werden geschreven (maar die pas in de jaren tachtig voor het eerst werden gespeeld) verenigd, samen met het Concerto funèbre in de licht herziene vorm uit 1959. In dit werk weet de soliste heel goed om niet alleen treurig gestemd commentaar (op de bezetting door Nazi Duitsland van het Tsjechische Sudetenland) te geven, maar ook hoop op betere tijden te uiten. Britten Sinfonia begeleidt hier met veel inzet stimulerend.

In de bepaald niet eenvoudige, pittige solostukken weet ze veel van het grootse, majestueuze te laten horen dat ook trof in haar opname van Bachs dito werken. Ze kiest vrij vlotte tempi, speelt haast vrijzwevend vloeibaar en peilt onvermoede dieptes. Hoogtepunten zijn het rondo uit de eerste suite en de ciaconna uit de tweede.

Ingolf Turban (Claves CD 50-9518) maakte in 1995 ook een opname van het viertal solowerken, maar zal in vrijwel alle opzichten zijn meerdere moeten erkennen in Ibragimova. Viviane Hagner (Altara ALT 1016) is een van de weinigen die in de Suite nr. 1 vrijwel gelijkwaardig is.