Händel: Triosonates op. 5 nr. 1-7 HWV 396/402. Al ayre español o.l.v. Eduardo López Banzo. Challenge CC 72663 (76’34”). 2014
In tegenstelling tot wat de programmatoelichting bij deze cd suggereert zijn vrijwel geen van de triosonates op. 5 originele composities, zulks in tegenstelling tot die uit op. 2. Zelfs John Walsh die op. 5 in 1736 publiceerde gaat niet zover om dat te beweren.
Maar Händel modificeerde die originelen natuurlijk wel fraai en paste ze aan de nieuwe vorm aan. Het begint al meteen in een largo dat insiders zullen herkennen als het moment waar Bajazet uit Tamerlano, in gemodificeerde vorm naar binnen stapt. Verder komen vervreemde delen uit de Chandos anthems langs zijn een musette uit Alcina en andere dansmuziek uit opera’s.
Maar het is boeiend om te horen hoe de componist dit materiaal knap en boeiend verwerkt tot een fraai geheel onder de naam ‘Seven triosonatas for two violins with a thorough bass for the harpsichord and violoncello’ dat eigen bestaansrecht heeft.
Met zijn goed getrainde en in Händelkwesties goed thuis zijnde ensemble zorgt López Banzo voor vertolkingen waarin de dramatiek en de dynamiek een wezenlijke rol spelen. De onderlinge contrasten van tempi en luidheid zijn opvallend en de muziek klinkt daardoor vooral levendig. Typische barokvaart en intensiteit zijn kenmerkend voor deze realisatie.
Dat bij alle enthousiasme de tempi soms te ver worden opgevoerd, accenten teveel nadruk krijgen, de continuopartij niet altijd zorgvuldig is uitgewerkt ondanks de welkome aanwezigheid van een aartsluit, moet men voor lief nemen. Maar stimulerend klinkt het wel. Wie op zoek is naar een evenwichtiger interpretatie kan terecht bij de Brook Street Band (Avie AV 2068) of de London Händel players (Somm SOMM 044). L’école d’Orphée (CRD 3377) valt af als gevolg van een te groot verschil in toonkwaliteit tussen John Holloway en Micaela Comberti.