Hindemith: Marienleben, Das op. 27 nr. 1-15. Rachel Harnisch (s) en Jan Philip Schulze (p). Naxos 8.573423 (64’55”). 2014
Bedenk dat Das Marienleben van Hindemith een van de mooiste liederencycli uit de vorige eeuw is. De componist zette de gedichten van Rilke uit 1912, de tijd van zijn ‘innerlijke en uiterlijke omwentelingen’ in 1922/3 op muziek, maar maakte daar later in 1948 een herziene, eenvoudiger en ‘beschaafder’ versie van. Het is verstandig om beide als afzonderlijke werken te beschouwen; ze stammen uit twee heel verschillende fasen van Hindemiths leven: de rebel van de jaren twintig aan de ene kant en de bezonnen emigrant in ballingschap anderzijds.
Te beginnen bij ‘Maria Geburt’ wordt in vijftien liederen tot ‘Vom Tode Maria 3’ het leven van Jezus’ moeder gevolgd.
Het gaat om dwingende, gepassioneerd expressionistische muziek die niet alleen veel van de zangeres, maar ook van de pianist vergt. Dat werd al veel eerder door Roxolana Roslak en Glenn Gould aangetoond (Sony SM2K 52674) met hun interpretatie van versie 1. Nog interessanter is de uitgave van Judith Kellock en Zita Carno (2 cd’s, Koch 3-7381-2) die beide vormen opnam.
Alle overigen - Annelies Kupper en Carl Seemann (Christophorus CHR 74612), Maya Boog en Michael Lakner (CPO 777.817-2), Gundula Janowitz en Irwin Gage (Jecklin CD 574-2), Soile Isokoski en Marita Viitasalo (Ondine ODE 1148-2), Elisabeth Meyer-Topsøe en Per Salo (Danacord DACOCD 670) en Gerda Lammers en Gerhard Puchelt (Cantate C 57610) houden zich veilig aan de latere uitgave.
Dat doet ook de Zwitserse sopraan Rachel Harnisch met haar partner Jan Philip Schulze. Ze doet dit op heel inlevende manier door de eerste paar liederen met een soort kinderlijke onschuld voor te dragen, daarna iets van verwondering en tot slot – zoals in nr. 11 Pièta – een echt blijk van mededogen. Een hoge mate van ingekeerdheid klinkt door in het volgende lied Stillung Maria mit dem Auferstandenen.
Jan Philip Schulze toont zich een al even inlevende begeleider en gelukkig is ook de opname van goed kaliber. Zonder al die andere vertolkingen te kennen, kan men het rustig wagen met Harnisch en Schulze. Maar beluister ook beslist eens die pakkender eerste versie van Kellock en Roslak om grote verschillen te ondergaan.