Herzogenberg: Pianotrio’s nr. 1 op. 24 en 2 op. 36. Weens pianotrio. MDG MDG 942-2017-6 (65’38”). 2016
In vergelijking met de haast wat overdreven fonografische aandacht voor tamelijk obscure componisten uit de barok, is nogal weinig aandacht besteed aan negentiende eeuwse componisten. Neem baron Heinrich von Herzogenberg-Peccadue (1843-1900). In Wenen behoorde Brahms tot zijn vrienden en was tevens zijn idool. Hij droeg bijvoorbeeld zijn drie strijkkwartetten op. 42 (1884) aan Brahms op.
Deze Herzogenberg was grondig opgeleid en componeerde goed doorwrochte werken in diverse genres, maar het is opvallend dat Brahms hem omgekeerd nooit schijnt te hebben geprezen.
Gehoord deze pianotrio’s wordt enigszins duidelijk waarom niet: de werken bevatten geen enkel beklijvend thema. Zijn muzikale invallen zijn van middelmatig gehalte en de textuur is nogal oninteressant. Al deze muziek heeft iets generaliserends.
Er zijn best bekoorlijke momenten, maar het melodisch materiaal is niet erg geïnspireerd en de componist had een beter gevoel voor verhoudingen mogen tonen, de muziek meandert dan nogal en het geduld van de luisteraar wordt z nogal op de proef gesteld. Mooie momenten alleen zijn niet genoeg ondanks een contrapuntisch gemak.
Dat ligt echter absoluut niet aan de uitvoerenden die van deze beide trio’s maken wat er met de beste wil van te maken valt.
Wie desondanks meer van deze componist wil verkennen en proberen, kan terecht bij CPO, een label dat zich toegewijd voor hem inzette met opnamen van de Symfonieën nr. 1 en 2 door Frank Beermann (CPO 777.122-2), het Pianokwartet op. 75 en het Strijktrio op. 27/1 (CPO 999.765-2), het Pianokwartet op. 95 en het Strijktrio op. 27/2 (CPO 999.710-2), de Strijkkwartetten nr. 1-3 (CPO 777.084-2) de Cellosonates nr. 1-3 (CPO 999.625-2) en de Mis in e op. 87 (CPO 999.372-2).