CD Recensies

HASSE: ATTILO REGOLO

Hasse: Attilo Regolo. Axel Köhler (ct., Regolo), Markus Schäfer (t., Manlio), Martina Borst (ms., Attila), Sibylla Rubens (s., Publio), Carmen Fuggiss (s., Barce), Michael Volle (b., Licinio), Randall Wong (ct., Amilcare) met de Cappella Sagittariana Dresden o.l.v. Frieder Bernius. Profil Media PH 07035 (3 cd’s, 2u. 43’00”). 1997

 

In deze opera van Hasse uit 1750 op een libretto van Metastasio  uit 1740 wordt de in 250 v.Chr gestorven Romeinse generaal en consul Marcus Atillus Regulus tot leven gewekt. In de Eerste Punische oorlog versloeg hij Carthago, maar werd later als Carthagaanse gevangene onder de hoede van de Carthagaanse ambassadeur Amilcare naar Rome gebracht voor vredesonderhandelingen. Hij pleitte om daar niet op in te gaan en werd teruggebracht naar Cartgo waar men hem volgend de legende opsloot in een aan de binnenkant van spijkers voorziene ton om hem daarin vervolgens van een berg te laten rollen.

De dramatis personae zijn Regolo, voormalig Romeins gezant in Carthago, nu gevangene, Manlio, Romeinse consul, Attlia, de dochter van Regolo, Publio Romeonse questor,, zoon van Regolo, verliefd op Barce, Barce zelf, voorname Carthagaanse, nu slavin van Regolo, Lucinio Romeinse volkstribuun en tot slot Amilcare, Carthagaanse ambassadeur, verloofde van Barce.

De handeling concentreert zich op pogingen om Regolo van mening te laten veranderen. En natuurlijk is veel liefde in het spel Attilia is verliefd op Licinio, Amilcare en Publio zijn op Barce verliefd wat zich merkwaardig genoeg niet uit in duetten. Er zijn trouwens helemaal geen duetten en ensembles in deze opera, die het afgezien van het slotkoor geheel moet hebben van recitatieven en aria’s.

Ondanks de vaak dramatische situaties klinken die aria’s meestal nogal vrolijk. De orkestbegeleiding is aan de krappe kant gehouden met strijkers, fluiten, hobo’s en hoorns.

De al in 1997 gemaakte opname is van een concertante uitvoering in de Dresdense opera. Daarin zijn coupures aangebracht en in vocaal opzicht valt de uitkomst niet mee. Eigenlijk komen alleen de voortreffelijke Carmen Fuggiss als Barce en de heel goede Martina Borst als Attilia een stuk boven de middelmaat uit. Gelukkig zorgt Frieder Bernius voor een pittige, levendige begeleiding.

 

Het is nuttig dat we nu naar dit werk kunnen luisteren, ook al klinkt het niet optimaal. Een betere opname is niet zo gauw te verwachten.