Heuberger: Der Opernball. Sieglinde Feldhofer (Hortense), Alexander Kaimbacher (Henri), Nadja Nchantaf (Angèle), Ivan Oreščanin (Paul), Margareta Klobucar (Marguérite) e.a. met het koor van de Opera Graz en het Graz filharmonisch orkest o.l.v. Marius Burkert. CPO 555.070-2 (2 cd’s, 85'46"). 2016
In 1898 ging de operette Der Opernball van Richard Heuberger (1850-1914) in première.Het werk genoot enige populariteit tot het midden van de twintigste eeuw en raakte daarna in de vergetelheid. Toch is het goed om er een recente cd opname van te hebben. Op dvd was het er al van Willy Mattes (ArtHaus 101.628).
Het libretto van Alfred Delacour en Alfred Hennequin verhaalt van een dubbel bedrog tussen een paar vrouwen en hun echtgenotes, waarbij het dienstmeisje Hortense een belangrijke rol speelt. In zekere zin houdt dit werk het midden tussen Der Fledermaus van Johann Strauss (uit 1874) en Die lustige Witwe van Lehár uit 1905 en niet alleen in chronologisch opzicht.
Omdat Heuberger zelf in een well to do familie in Graz werd geboren, is begrijpelijk dat juist daar zijn werk voortleeft als echo van de Straussera. Heuberger trachtte een nieuwe operettestijl te brengen, de ‘komedie operette’ waarin hij afzag van spectaculaire, zoetelijke opsmuk. Ook de orkestratie heeft iets fijnzinnigs. Het werk telt 34 nummers en deze worden meer dan naar behoren door het goed ingespeelde ensemble van Burkert neergezet op deze uitgave.