CD Recensies

HOWELLS: REQUIEM

Howells: Requiem; Vaughan Williams: Valiant for truth: Duruflé: Requiem op. 9. Kirsten Sollek-Avella (ms), Richard Lippold (b), Frederick Teardo (org) en Myron Lutzke (vc) met het Saint Thomas mannen- en jongenskoor o.l.v. John Scott. Resonus RES 10200 (63’14”). 2010

 

Feitelijk had de virtuoze orgelcomponist en organist Maurice Duruflé een grote schroom om zich op ander dan het eigen terrein te begeven. Dat hij een perfectionist was, heeft ook niet geholpen. Dat hij in 1947 toch een Requiem componeerde, is vanwege het overlijden van zijn vader aan wie het werk is opgedragen. 

De keuze van de gezongen teksten (behalve de meeste referenties aan De dag des oordelen) en de troostvolle sfeer komen overeen met het Requiem van Fauré. Duruflé’s karakteristieke gevoel voor een lyrisch vloeiende stijl wordt gebruikt voor  de onderliggende gregoriaanse zang en de bijpassende teksten. Er is een tweede versie van het werk voor koor en orgel uit 1948 en een derde voor solisten, koor, orgel en klein orkest uit 1961.

Van alle drie bestaan opnamen. De orkestversie dirigeerde de componist zelf (Erato 3984-24235-2), de orgelversie is er o.a. van James O’Donnell (Hyperion CDA  66737), de derde van Stephen Cleobury (King’s College KGS 0016). 

En nu is er dan deze uitgave van de orgelversie die teruggaat tot een opname uit 2010 met John Scott als dirigent van het jongens- en mannenkoor van de Saint Thomas kerk aan de Fifth Avenue in New York dat hij van 2004 tot zijn dood in 2015 leidde. Een geweldig koor met als bijzonderheid de 24 jongenssopranen die het werk een haast engelachtige inkleuring geven. Organist Frederick Teardo zorgt voor goede orgelondersteuning. Er is verder een mooie bijdrage van cellist Myron Lutzke aan het slot van ‘In paradisum’ en mezzo Kirsten Sollek zingt heel mooi in ‘Pie Jesu’; ook cellist Richard Leopold toont zich heel competent. 

Herbert Howells schreef zijn prachtige a cappella Requiem in 1936, mogelijk naar aanleiding van de dood van zijn negenjarige zoon Michael het jaar tevoren, maar gaf het werk pas vrij in 1980. Later gebruikte hij materiaal uit het Requiem voor de Hymnus paradisi.

Als overgangswerk tussen beide Requiems is gekozen voor Valiant for truth van Ralph Vaughan Williams uit 1940.

Met zoveel passie, fraai vormgegeven en zo evenwichtig gezongen is deze uitgave tevens een goed in memoriam voor de dirigent.