Heinichen: Concerti grossi in F S. 234, G S. 213, F S. 235, F S. 233 en F S. 231; Sinfonia in A S. 208; ‘Vivace’ uit Concert voor hobo, viool en orkest in c S. 240. Solisten met Musica antiqua Keulen o.l.v. Reinhard Goebel. Archiv 437.849-2 (63’02”). 1992

Heinichen: Concerti grossi in F voor 2 hoorns, viool, hobo en fluit S. 234, F voor hobo, viool, 2 fluiten en 2 hoorns S. 235, in G voor 2 blokfluiten, 2 hobo’s en viool S. 215,  in G voor 2 fluiten, 2 hobo’s en viool S. 214, in D voor voor fluit, hobo, viool, cello en theorbe S. 226, in G voor viool, 2 fluiten en 2 hobo’s S. 213, voor 2 hoorns en 2 fluiten S. 233, voor 3 blokfluiten in C S. 211, voor 2 hoorns en 2 fluiten in F S. 231, in F voor 2 fluiten,2 hobo’s, 2 fagotten, viool en 2 celli S. 232, in G, voor 2 fluiten, 2 violen, 2 celli en 2 fagotten S. 217, voor 2 fluiten, 2 hobo’s en viool in G S. 214, voor 2 hoorns, 2 fluiten, 2 hobo’s, strijkers en b.c. S. 204; Sonate voor 2 fluiten, 3 hobo’s, strijkers en b.c. S. 208; Konzertsatz voor hobo, viool, strijkers en b.c. S. 240. Solisten met Musica antiqua Keulen o.l.v. Reinhard Goebel. Archiv 437.549-2 (2 cd’s, 2u., 16’38’). 1992

Wie dit drietal cd’s heeft beluisterd, zal zich verbaasd afvragen waarom Johann David Heinichen (1683 - 1729) niet net zo beroemd is als zijn tijdgenote Vivaldi, Bach, Händel en Telemann. Aan het hof in Dresden manifesteerde hij zich als een zeer talentvolle, ook inventieve componist die ook theoreticus was en een verhandeling schreef over de becijferde bas. In zijn tijd moet dat anders zijn geweest.

Dat hij van 1710 tot 1716 ervaringen opdeed in Italië was van invloed op de fusie tussen Noordduitse en Italiaanse vorm en stijl die uit de Concerti grossi blijkt. Duitse gedegenheid (zonder de invloed van volksmuziek) en Italiaanse zwier.

Met de grootste waardering luistert men naar de zeer gevarieerde kleuren die de verschillende concertinogroepen tevoorschijn toveren. Vooral de blazers hebben daar een belangrijk aandeel in. Deze componist boeit de aandacht van begin tot eind en daarvoor moet de grootste appreciatie voor Goebel en zijn superieure team worden uitgesproken. De solisten werken vaak in koppels met dezelfde instrumenten, ook echt concertant. Elk werk draagt een eigen stempel. Concerti grandi is het project wel genoemd. Het loont alleen al de moeite om de toelichting van Goebel te lezen.