CD Recensies

HAYDN: RITORNO DI TOBIA, IL

Haydn: Il ritorno di Tobia H. XXI/1. Roberta Invernizzi (s., Raffaelle), Sophie Karthäuser (s., Sara), Ann Hallenberg (a., Anna), Anders J. Dahlin (t., Tobia), Nikolay Borchev (bs., Tobit) met het Vokal Ensemble Keulen en Capella Augustina o.l.v. Andreas Spering. Naxos 8.570300/2 (3 cd’s, 2u. 49’04”). 2006
 
Haydn schreef in 1775, ongeveer vijfentwintig jaar vòòr Die Schöpfung, zijn eerste oratorium Il ritorno di Tobia over de Bijbelse geschiedenis van Tobias die na al zijn avonturen als dood was afgeschreven, maar levend en wel naar huis terugkeerde om zijn blinde vader te genezen. In 1784 herzag de componist het oratorium enigszins, bekortte wat aria’s en voegde wat koren toe. De opbrengsten kwamen in Wenen ten goede aan een stichting die de weduwen en wezen van musici ondersteunde. Het werk bleef daarna vrij onbekend totdat er opnamen van waren gemaakt door Spering, Dorati (Decca 440.038-2) en Szekeres (Hungaroton HCD 1166/62-2).
Een beperkende factor voor grotere verbreiding van het werk zal ook wel het sub-Metastasio libretto van Giovanni Gastone Boccherini (broer van de beroemde Luigi) zijn. Daar komt bij dat het oratorium in Haydns tijd al uit de mode begon te raken als muziekgenre en een opeenvolging van snelle bravura aria’s met als tegenwicht slechts drie koren helpt ook niet om het werk populair te maken.
Maar wanneer de vertolkers zich aanpassen aan de vrij trage tijdschaal valt aan het werk met zijn weelde aan levendige en mooi uitgewerkte muziek best genoegen te beleven en blijkt het haast te gaan om een Napolitaanse opera in gewijde stijl.
Dat is ook precies wat Spering en zijn goede team ervan maken.