Hasse: Cantates voor alt, 2 violen en b.c. ‘Se il cantor trace, oh Dio’ en ‘Clori, Clori, mia vita’, Cantates voor sopraan, 2 violen en b.c. ‘Per palesarti appieno’, ‘Orfeo ed Euridice’, ‘Bell’ aurora che d’intorno’. Maria Zadori (s ), Noémi Kiss (s) en Eva Lax (ms) met Affetti Musicali o.l.v. János Malina. Hungaroton HCD 31843 (74’09”).
Op muziekgebied zijn natuurlijk Bach, Händel en Telemann de beroemdste vertegenwoordigers, maar geruime tijd werden ze overklast door Johann Adolf Hasse (1699 - 1783) gedurende diens leven; later verbleekte zijn ster. Hasse werd in de buurt van Hamburg geboren en leerde de basisprincipes van het componeren net als Händel in Italië. Maar in tegenstelling tot Händel die naenige tijd naar Engeland ging, bleef Hasse ruim tien jaar in het zuiden, werd Rooms Katholiek en werd toen hij zich in Dresden vestigde beschouwd als een Italiaanse componist. Italië was ook duidelijk zijn tweede vaderland en keerde er regelmatig terug waardoor hij de bijnaam’ Il Sassone’ verwierf.
Hasse’s prestige werd groter toen hij hofkapelmeester werd in Dresden. Hij bleef daar tot 1763 en werd beroemd met zijn opera’s. Maar virtuoos Hasse de Italiaanse stijl meester was, kunnen we horen met deze cd met een vijftal Italiaanse Cantates die worden uitgevoerd door een Hongaars ensemble, waartoe obbligato instrumenten behoren.
Het gaat vrijwel voortdurend om vierstemmige Cantates het twee aria’s die worden voorafgegaan door recitatieven. Alleen ‘Orfeo ed Euridice’ is uiteraard voor twee stemmen.
Al deze Cantates zijn in Italië geschreven, vermoedelijk in de periode van 1720 tot 1730. Stuk voor stuk laten ze horen hoe goed Hasse de Italiaanse stijl beheerste. De vorm is elegant, de melodieën zijn charmant en liggen goed voor de stemmen. Geen wonder, want Hasse begin zijn loopbaan als operazanger.
De fraaie uitvoeringen laten duidelijk horen dat Hasse beslist de moeite waard is en grotere bekendheid verdient.