Händel: Ouverture Il pastor fido (bew), ‘Allemande’ uit Klavecimbelsuite in d HWV. 436, ‘Courante’ uit Klavecimbelsuite in d HWV. 437, ‘Sarabande; uit Klavecimbelsuite in e HWV. 438, ‘Menuet’ uit Klavecimbelsuite in d HWV. 436, ‘Gigue’ uit Klavecimbelsuite nr. 5 in e HWV. 438, Klavecimbeluite nr. 5 in E HWV. 430; Scarlatti, D.: Klavecimbelsonates in e L. 376, K. 147, in A L. 495, K. 24, in A L. 132, K. 429, in D L. 418, K. 443. g L. 489, K. 12, g L. 312, K. 546, Bes L. 397, K. 16. Pierre Hantaï. Mirare MIR 560 (68’41”). 2020
Er is aan aardige anecdote uit 1708 waarin Domenico Scarlatti tijdens het carnaval in Venetië een gemaskerde klavecinist hoorde spelen. Volgens hem kon dat niemand anders zijn dan Händel (of de duivel). Waarschijnlijk hebben Händel en Scarlatti elkaar enige keren ontmoet, voor het laatst in 1720 in Londen. Händel wijdde zich daarna vooral aan de opera en Scarlatti verhuisde naar Lissabon waar hij de dochter van de kong les ging geven.
In de uitgebreide discografie van Pierre Hantaï hebben Händel en Scarlatti tot nu toe ook afzonderlijke wegen gevolgd, maar nu verenigt hij ‘de hemelse tweeling’, zoals ze door Burney werden genoemd. De flamboyante wereld van de een wordt tegenover de vaak tragischer brille van de ander geplaatst.
Hij maakt ook duidelijk onderscheid tussen het tweetal. Scarlatti klinkt met een ondeugende glimlach, Händel wordt teer en lyrisch uitgevoerd, Van Händels Klavecimbelsuites krijgen we vooral deeltjes te horen om de gelijkenis met Scarlatti beter te laten lijken. Alleen Suite nr. 5 met aan het eind de beroemde variaties over ’The harmonious blacksmith’ speelt hij in zijn geheel enis eenhoogtepunt in het programma geworden, zo vloeiend en contrastrijk wordt gespeeld.
Eerder al verschenen van Hantaï vier Klavecimbelsuites van Händel in november 2020 (Mirare MIR 480).