Händel: Ariodante. Anne Sofie von Otter (Ariodante), Lynne Dawson (Ginevra), Verónica Cangemi (DAlinda), Ewa Podles (Polinesso), Richard Croft (Lurcanio), Denis Sedov (Il re), Luc Coadou (Odoardo)met koor en Les musiciens du Louvre o.l.v. Marc Minkowski. Archiv 457.271-2 (3 cd’s, 178’26”). 1997

Marc Minkowski’s realisatie van deze opera is uitzonderlijk. In de eerste plaats dankzij de bijzondere rolbezetting. Het samengaan van Anne Sofie von Otter in de titelrol en Lynne Dawson – deels haast nog overtuigender - als Ginevra is haast bedwelmend door de manier waarop beiden met zeldzaam engagement hun gevoelens en hun woorden articuleren. Ook de rest van de bezetting met Cangemi als charmante Dalinda, Podles als grootse Polinesso, Croft als vorstelijke Lurcanio en Sedov als nobele Schotse koning voldoet aan alle voorwaarden, het koor is uitstekend en het orkest begeleidt stijlvol en enthousiast in de vlotte tempi die Minkowski meestal vraagt. De dirigent is inventief als steeds en geeft een haast romantische draai aan deze barokopera.

De enige serieuze concurrentie komt van een over het geheel rustiger te werk gaande McGegan (Harmonia Mundi HMU 90.7146/7); Leppard (Philips 442.096-2) is nu wel achterhaald.