Händel: Rodrigo. Gloria Banditelli (Rodrigo), Sandrine Piau (Esilena), Elena Cecchi Fedi (Florinda), Rufus Müller (Giuliano), Roberta Invernizzi (Evanco) en Caterina Calvi (Fernando) met Il complesso barocco o.l.v. Alan Curtis. Virgin 545.897-2 (2 cd’s, 154’49”). 1999
Het interessante van deze cd première is dat het hier gaat om Händels eerste Italiaanse opera op libretto van Haym en in 1707 geschreven voor het hof van de Medici in Florence. De enige bekende brokjes uit het werk waren de ouverture, de dans van de zeelieden en de sopraanaria ‘Perche viva il caro sposo’.
Alan Curtis reconstrueerde het werk in zekere mate voor een uitvoering in 1984, vulde het aan met herontdekt materiaal en nam het na een periode van bezinning in 1999 op met uitstekende krachten. Dat in de secco recitatieven is geschrapt, zal vrijwel niemand betreuren, zeker nu het werk daardoor precies past op twee heel volle plaatjes.
De haast overmoedig aandoende jeugdigheid van de componist in dit spirituele werk wordt keurig weerspiegeld door de uitvoerenden, met voorop een uitdagende Gloria Banditelli als Rodrigo, koning van Spanje (eigenlijk een rol voor een castraat, maar hier – gelukkig – gezongen door een fraaie mezzo). Zijn vrouw, Esilena, is niet minder overtuigend in de handen (en vooral de keel) van de beminnelijke, lichte, heldere Sandrine Piau die beschikt over het leeuwendeel der memorabele aria’s. Elena Cecchi is een wat schel klinkende, maar wel karaktervolle Florinda, de zus van Giuliano, hertog van Ceuta, hier kernachtig gezongen door Rufus Müller; de alt Cateria Calvi zet een stoere Fernando neer: een generaal van Rodrigo. Verder een opname zonder blaam, ook qua klank.