CD Recensies

HAYDN: PIANOSONATES NR. 1, 2, 6, 20, 22-25, 29, 31, 33-37, 40-44, 46-52; ANDANTE CON VARIAZIONI, HAMELIN

Haydn: Pianosonates H. XVI nr. 23 in F, 24 in D, 32 in b, 37 in D, 40 in G, 41 in Bes, 43 in As, 46 in As, 50 in C en 52 in Es. Marc-André Hamelin. Hyperion CDA 67554 (2 cd’s, 2u 24’ 15). 2005

 

Haydn: Pianosonates H. XVI nr. 6 in G, 26 in A, 31 in E, 33 in D, 34 in e, 35 in C, 39 in G, 42 in D, 48 in C en 49 in Es; Andante con variazioni. Marc-André Hamelin. Hyperion CDA 67710 (2 cd’s, 2u 32’42”). 2008

 

Haydn: Pianosonates H. XVI nr. 1 in C Partita, 2 in Bes, 6 in G, 20 in c, 22 in E, 25 in Es, 29 in F, 36 in cis, 44 in g 47 in e en 51 in D, Marc-André Hamelin. Hyperion CDA 67882 (2 cd’s, 2u 37’19”). 2011

 

Misschien onverwacht danken de 52 pianosonates van Haydn veel aan de traditie uit Noord Duitsland, in het bijzonder aan die van C.Ph.E. Bach. Dit houdt in dat de werken een expressiviteit en soms een grilligheid bieden die in duidelijk contrast staat tot de meer lyrische inslag van Mozarts sonates. Haydn biedt steeds verrassingen: waar je denkt dat hij linksom slaat, gaat hij rechtsaf en omgekeerd. Geen wonder dat iemand als Sviatoslav Richter de sonates van Haydn boven die van Mozart verkoos en vreemd dat we ze zo betrekkelijk weinig op het recitalpodium tegenkomen.

Glenn Gould schijnt plannen te hebben gehad om ze integraal op te nemen, maar is in 1980/1 niet verder gekomen dan nr. 42 en 48-52 (Sony SMK 87857, 52623, 2 cd’s). Meer succes en doorzettingsvermogen toonden Alfred Brendel (Philips 416.643-2, 4 cd’s), Ronald Brautigam op zijn fortepiano met een volledige reeks (BIS CD 992, 1093, 1094, 1095, 1163 1174,  1293/4) en Jenö Jandó (Naxos 8.553824/7, 8.553800). Emanuel Ax (Sony MK 44918, SK 89363) en Leif Ove Andsnes (EMI 556.756-2) boden mee van de mooiste selecties.  

In etappes heeft Hamelin zich nu bij hen gevoegd en omdat zijn serie bijna compleet is, valt hij goed te overzien en in te schatten. Het gaat om een pianist die vooral uitblonk in eigentijds en  hoog romantisch virtuozenrepertoire, maar hier toont hij aan dat hij ook een geweldige classicist is met stijlvol, fris en vooral heel communicatief spel.

Allegro’s neemt hij doorgaans erg vlot maar steeds met een heldere articulatie en een veerkrachtige ritmiek zonder een moment achter adem te raken. In de langzame delen gunt hij zich de tijd om mooi de expressie en de geestige charme naar voren te brengen. Hij attendeert zonder bravura vertoon al doende op de vrijwel grenzeloze inventiviteit van Haydn. Probeer steekproefsgewijs vooral eens nr. 47.

Zo ontstaat een prachtig integraal geheel dat een ereplaats naast de anders gerichte en klinkende Brautigam verdient.