CD Recensies

HARTMANN: SIMPLICISSMUS SIMPLICISSIMUS JUGEND, DES

Hartmann: Des Simplicius Simplicissimus Jugend. Helen Donath (s), Eberhard Büchner (t), Klaus König (t), Bodo Brinkmann (b), Rainer Scholze (bs) en Helmut Berger-Tuna (bs) met het Münchens Concertkoor en het Symfonie orkest van de Beierse omroep o.l.v. Heinz Fricke. Wergo WER 6259 (2 cd’s, 1u. 25’30”). 1985

 

In 1935 schetste Hartmann de kameropera in drie taferelen Des Simplicius Simplicissimus Jugend (De simpelste Simpelton) aan de hand van een zeventiende eeuwse geschiedenis van Grimmelshausen over de Dertigjarige Oorlog die miljoenen slachtoffers kostte waarin hij op basis van een libretto van Scherchen, Petzet en hemzelf waarin hij op vrij nuchtere, maar geëngageerde wijze toen al parallellen schetste tussen het Duitsland van toen en dat uit medio jaren dertig vorige eeuw.

Geen wonder dat het werk moest wachten tot 1949 nadat hij er in 1948 nog wat aan had veranderd(en in 1955 nogmaals) voordat het in Keulen in première ging. Het is een nogal hybride werk waarin na en haast naast elkaar klaaglijke melodieën en stampende ritmen hoort, culminerend in een heel ontroerend adagio Bachkoraal.

In deze opname zingt Helen Donath de titelrol die ter versterking van het quasi domheidseffect dus aan een sopraan is toevertrouwd. Eberhard Büchner is het prototype van de immigrant/asielzoeker, Klaus König de strenge gouverneur, Bodo Brinkmann de arme landsknecht, Rainer Scholze de kapitein en Helmut Berger-Tuna een boer. Zij allen tonen competentie genoeg om iets van deze rollen te maken in deze tot nu toe enige opname.