CD Recensies

HINDEMITH: HARMONIE DER WELT, DIE (OPERA, SYMFONIE) E.A.

Hindemith: Die Harmonie der Welt. Arutiun Kotchinian (bs), François le Roux (b), Robert Wörle (t), Christian Elsner (t) met het Berlijns Omroeporkest en –koor o.l.v. Marek Janowski. Wergo WER 6654-2 (2u. 41’14”). 2000

Hindemith: Symphonia serena; Symfonie Die Harmonie der Welt. Gewandhausorkest Leipzig o.l.v. Herbert Blomstedt. Decca 458.899-2 (66’58”). 1996

De opera Die Harmonie der Welt is behalve een der belangrijkste werken van Hindemith zeker ook zijn belangrijkste na-oorlogste stuk. Laat in de jaren dertig dacht hij al aan een opera over de veelzijdige Johannes Kepler (1571-1630) nadat hij klaar was met Mathis der Maler over de schilder Grünewald. Maar het duurde tot 1955 voordat hij serieus aan deze opgave begon te werken, hoewel hij net als in het geval van Mathis der Maler al een symfonie had geschreven waarin thema’s worden gebruikt die later een belangrijke rol gingen spelen in de opera. Zo bevat de finale van deze symfonie, ‘Musica mundana’, de complete finale van de opera minus de zangstemmen.

Er zijn ook oppervlakkige overeenkomsten in de behandeling van de thema’s van beide werken. Zoals het in Mathis gaat om de schilder en niet om de schilderkunst, gaat het in Die Harmonie der Welt om de astronoom cum filosoof in plaats van over wetenschap.

Keplers loopbaan wordt geplaatst in de context van zijn tijd, culminerend in de verschrikkelijke Dertigjarige Oorlog, zoals de zestiende eeuwse boerenopstand het decor vormt van het werk over Grünewald.

Maar Kepler is minder betrokken in de turbulente gebeurtenissen van zijn tijd dan Grünewald. Hij is afzijdig en meer geïnteresseerd in zijn theorieën over de Harmonie der Sferen waarover ook Pythagoras en Plato al hadden gedroomd en waarbij muziek een afspiegeling zou zijn van de kosmos; aan de hand van de omloopbanen van de planeten trachtte hij de Harmonie der Sferen te achterhalen. Die theorieën herleefden in de Renaissance en bij het begin van het humanisme en met de komst der reformatie. Er werden ook allerlei esoterische en hermetische zaken geïntegreerd.

In zijn Unterweisung im Tonsatz noteerde de componist bijvoorbeeld: “Die Intervalle waren Zeugnisse aus den Urtagen der Seltschöpfung (….), Teile des Universums, das in gleichen Verhältnissen sich ausbreitet wie die Abstände der Obertonreihe, so daß Maß, Musik und Weltall in eins verschmolzen”. 

Maar ieder blijk van wereldvreemde mystiek was Hindemith vreemd: het ging heem meer om politiek en maatschappijvisie. Zijn operahelden Grünewald en Keppler zijn eenlingen in een wereld van oorlog en verschrikkingen. 

Bij de première in 1957 werd het werk kritisch en sceptisch ontvangen. Men vond het werk wat futiel vergeleken met Cardillac en Mathis, maar inmiddels wordt de opera veel hoger ingeschat, ook al zijn sommige personen wat tweedimensionaal geschetst. De symbolische waarde is daar niet minder om.

De uitvoering met krachten van de Berlijnse omroep is heel geëngageerd en goed verzorgd. François le Roux portretteert alle wezenlijke trekken van Kepler bedachtzaam en goed overwogen uit, Robert Wörle is een samenspannende, maar tot slot gedoemde Wallenstein en Christian Elsner onderscheidt zich ook heel positief. De in de vanouds bekende, akoestisch zeer geschikte Jesus Christus kerk in Dahlem gemaakte opname klinkt zonder meer mooi.

Een Weense opname uit 1960 op Stradivarius STR 10058 is duidelijk van geringer gehalte.

De Symphonia serena dateert uit 1946 en krijgt met de Symfonie Die Harmonie der Welt een puike realisatie van Blomstedt.