CD Recensies

HONEGGER: JEANNE D'ARC AU BÛCHER

Honegger: Jeanne d’Arc au bûcher H. 99. Marthe Keller (spr), Georges Wilson (spr), Pierre-Marie Escourrou (spr), Françoise Pollet (s), Bathalie Stutzmann (a) met het koor en de Maîtrise van de Franse omroep en het Frans nationaal orkest o.l.v. Seiji Ozawa. DG 429.412-2, 476.1650-2 (69’04”). 1989

De muziek van de in Frankrijk geboren Zwitserse componist Arthur Honegger zit vol innerlijke tegenspraak. Waar hij met Pacific 231, Rugby en het rolschaatsballet Skating-Rink een modern levensgevoel, enthousiasme voor de moderne techniek en sport tot uitdrukking bracht, vereerde hij anderzijds met Pastorale d’été en Chant de la joie een gave, onberoerde tegenwereld.

Hoe daartussen de oorspronkelijk scenisch geconcipieerde oratoria Le roi David, Judith, Antigone en Jeanne d’Arc au bûcher met hun onheilsboodschappen passen, is een bijzondere kwestie.

Jeanne d’Arc uit 1935 gold in Frankrijk tijdens W.O. II als verzetswerk. Zijn toonzetting van het gelijknamige gedicht van Paul Claudel is intussen wat uit de belangstelling geraakt. Maar in een goede verklanking vermag het werk altijd nog te boeien. Van de diverse opnamen die van het werk circuleren – Baudo (Supraphon SU 110557-2), Cochereau (Solstice FYCD 941), Heinrich (Schwann 312922) en Petiregard (Cascavelle VEL 3024) – is deze van Ozawa het meest representatief.

Ozawa staan uitstekende krachten ter beschikking, vooral in de figuur van Jeanne zelf met Marthe Keller. Ook de zangers verrichten heel mooi werk en het koor plus de zes solisten uit de Maîtrise de Radio France onderscheiden zich even positief als het orkest. Terecht werd de opname uit 1989 opnieuw in een goedkope serie uitgebracht.