CD Recensies

HÄNDEL: ARANNA IN CRETA

Händel: Arianna in Creta HWV 32. Mata Katsuli, Mary-Ellen Nesi, Irini Karaianni met het Patras orkest o.l.v. George Petrou. MDG MDG 609.1375-2 (3 cd’s, 2u. 43’19”). 2005

 

In het seizoen 1733/4 wemelde het in de Londense operahuizen van de Arianna’s. Porpora’s Arianna in Nasso, en Händels Arianna in Creta streden om de eer. Porpora is intussen vrijwel vergeten, Händel leeft voort. De componist, die zijn eigen libretto leverde, kon over zijn eigen gezelschap beschikken.

De handeling betreft het bekende verhaal van Teseo en de Minotaurus. Teseo is uit Athene gekomen met de zeven manlijke en vrouwelijke jongeren die aan de Minotaurus zullen worden gevoerd. Teseo vraagt of Arianna, de dochter van koning Minos zonder dat ze zich daarvan bewust is, in ruil daarvoor naar Athene mag terugkeren. 

Teseo bemint Arianna die op haar beurt Teseo liefheeft. Ongelukkig genoeg bevindt Arianna’s vriendin Carilda zich onder de te offeren maagden en Teseo biedt aan om met de Minotaurus te vechten om zo Carilda te redden. Dat maakt Arianna jaloers. Om het nog ingewikkelder te maken wordt Carilda ook bemind door Teseo’s vriend Alceste en de Cretensische generaal Tauride.

Teseo doodt de Minotaurus waarna het happy end logisch volgt: Teseo en Arianna enerzijds en Carilda en Alceste anderzijds worden vaste koppels. Motto: liefde overwint alles.

In deze opname zingt Mata Katsui een aantrekkelijke Arianna, juist omdat het dreigende klaaglijke karakter van deze rol goed weet te vermijden Luister naar ‘Sdegno, amore’ om haar op haar best te horen.

De heldenrol van Teseo was aanvankelijk bestemd voor de sopraan castraat Carestini; Mary Ellen Nesi heeft een relatief wat donkere stem maar zingt haar rol fraai met veel bravura snel passagewerk. Haar vibrato is hooguit wat teveel van het goede.

Het eveneens nogal donkere stemtype van Irini Karaini kan er als Carilda mee door, maar soms is ze wat slordig en stoort ook haar vibrato. Beter voldoet Theodora Baka als Alceste, getuige onder meer haar ‘Son qual stanco Pellegrin’. De kleinere rollen van Marita Paparizou als Tauride en Petros Magoulas als koning Minos zijn in goede handen en het orkest van George Petrou zorgt voor een veerkrachtig, levendige begeleiding met onderscheidende solorollen voor cello en de hoorns. Zo kwam een interessant, redelijk geslaagd geheel tot stand.