CD Recensies

HÄNDEL: SAUL, RADEMANN

Händel: Saul HWV 53. Ditte Andersen (s), Anna Prohaska (s), Tim Mead (altus), Maximilian Schmidt (t), Yorck Felix Speer (b), Clemens Heidrich (bs) e.a. met het Dresdens kamerkoor en het Dresdens barokorkest o.l.v. Hans-Christoph Rademann. Carus CV 83.243 (3 cd’s, 2u.43’35”). 2009 

 

Door velen (vooral Britten zelf natuurlijk) wordt Händels oratorium Saul uit 1738 beschouwd als een der treffendste Engelstalige muziekdrama’s, ook al is het werk officieel geclassificeerd als een oratorium. De tekst van Jennens is daar zeker mede debet aan, maar het is vooral te danken aan het feit dat de componist op psychologische wijze de motivatie van zijn hoofdrolspelers uitlicht. Vooral dat van de hoofdfiguur en antiheld Saul zelf. Diens uit jaloezie en zijn voortdurende zoeken naar bovennatuurlijke interventie  voortspruitende woede-uitbarstingen worden duidelijk uit de doeken gedaan, net als zijn vriendschap met David en Jonathan plus de heel verschillende karakters van zijn dochters Merab en Michal.

Tot nu toe werd de discografie van het werk vanzelfsprekend beheerst door Engelse ensembles met vooral Gardiner (Philips 426.265-2), McCreesh (Archiv 474.510-2) en eentje met Angelsaksische zangers en een Duits koor en musici van Jacobs (Harmonia Mundi HMC 90.1877/8).

Daar voegt zich nu een wederom gemengd, maar grotendeels Duits gezelschap bij. Het neemt gelukkig grondig de tegenwoordige heersende barokinterpretatie regels in acht en is daar instrumentaal ook goed op voorbereid.

Yorck Felix Speer vertegenwoordigt een heel manlijke Saul fraai in al zijn stemmingen, Tim Mead en Maximilian Schmidt zijn heel treffend als zeer humane David en Jonathan en Diite Andersen (Michal) en Anna Prohaska (Merab) doen daarvoor met mooi contrasterende stemmen geenszins onder.

Het algehele niveau is hier hoog genoeg dat deze opname zich kan voegen bij de twee andere mooiste, de dramatische versie van Jacobs en de wat luchtiger en eigenzinniger van McCreesh.