Händel: Theodora HWV 68. Lorraine Hunt Lieberson (ms), David Daniels (ct), Dawn Upshaw (s), Richard Croft (t), Frode Olsen (bs) met het Glyndebourne koor en het Orchestra of the age of enlightenment o.l.v. William Christie. Glyndebourne GFOCD 014-96 (3 cd’s, 3u. 20’10”). 1996
Händels voorlaatste oratorium Theodora uit 1750 was gek genoeg destijds geen echt succes, maar de schade is de afgelopen decennia goedgemaakt met waardevolle opnamen van Somary (Vanguard 0840757-2), Harnoncourt (Teldec 2292-46447-2), McGegan (Harmonia Mundi HMU 90.7060/2), Martini (Naxos 8.572700/2), Neumann (MDG MDG 332-1019-2) en McCreesh (Archiv 469.061-2) en een dvd van Bolton (C Major 70508).
Tot deze eigen productie van de Glyndebourne Opera verscheen, had McCresh waarschijnlijk de beste papieren, maar de productie van regisseur Peter Sellars en dirigent William Christie spant vooral ook dankzij de ideale vocale bezetting de kroon.
Dawn Upshaw is een ideale Theodora die veel te zingen krijgt. Ze straalt een rustige ernst en een niet-geaffecteerde intensiteit uit en past precies in deze rol. Haar aanwezigheid in het midden van het tragische drama brengt het geheel op zeer hoog niveau.
Irene, haar mede Christen en vriendin, wordt al even gedistingeerd gezongen door Lorraine Hunt, die deels koel expressief is, maar ook waar nodig meer vervoerd, zoals in ‘Defend her heaven’ uit de tweede akte. Didymus, oorspronkelijk voor een castraat, wat nogal uitzonderlijk was in een oratorium, wordt gelijkmatig en vrij ingetogen en vloeiend gezongen door David Daniels. Als Septimus blijkt ook Richard Croft goed bij stem te zijn, elegant fraserend. En Frode Olsen als de krachtige, ontoegeeflijke Valens, de Romeinse heerser, is haast te sympathiek voor iemand die Christenen martelt.
Voor een goede ornamentiek is gezorgd, de recitatieven verlopen harmonieus en Christie blijkt ook verder weer een muzikaal leider van formaat, ook met een voor hem vreemd koor en orkest.
Van deze opvoering is ook een dvd verkrijgbaar: Warner 0630-15481-2. Maar wie de naam van Peter Sellars ziet, zal uit ervaring meteen gewaarschuwd zijn voor gevaar en inderdaad: dit toch al niet voor scenische opvoering bedoelde werk moet het op het toneel doen met Romeinse soldaten in Amerikaans gevechtstenue en een Romeinse gouverneur die oogt als een Amerikaanse president. Maar muzikaal is er verder absoluut niets op aan te merken.