Ibert: Louisville concert; Suite symphonique; Fluitconcert; Symphonie marine; Escales. Helen Dabringhaus (fl) met de Brandenburger Symphoniker o.l.v. Peter Gülke. MDG MDG 901.2185-6 (78’26”). 2020
De Franse componist Jacques Ibert (1890 - 1962) was een begaafde vakman wiens muziek vrijwel altijd een grote melodische en harmonische charme heeft, mar slechts zelden diepgravend is. Zijn bekende en ook populaire Fluitconcert heeft langzamerhand een klassieke status en illustreert Iberts sterke en zwakke kant heel goed. De muziek is knap geschreven, heel dankbaar voor de solist, sprankelend georkestreerd en het bevat memorabel melodisch materiaal. Aan de andere kant zijn de ideeën wat kortademig en ondergaan ze weinig ontwikkeling hoewel de componist zijn beperkte materiaal vernuftig gebruikt. Helen Dabringhaus haalt eruit wat eruit te halen is.
Het Louisville concert uit 1953 ontstond in opdracht van het orkest uit die Amerikaanse stad dat de moed had om componisten uit alle windstreken uit te nodigen bijdragen te leveren. Het werk vertoont echo’s van Americana in de geest van Copland en Harris. Hier komt de serieuze kant van Ibert tot gelding. De minder bekende Suite symphonique voor kamerorkest met als ondertitel ‘Paris Hilton’ ontstond in 1930 en heeft ook een vrij serieus karakter.
Escales (1922) behoort echter tot zijn bekendste werken. Escales betekent ‘aanleghavens’ en werd geïnspireerd door Iberts jaren bij de marine tijdens W.O. 1. Het gaat om drie van deze aanleghavens. ‘Rome-Palermo’ begint met een evocatie van Rome, gevolgd door een Siciliaanse tarantella, ’Tunis-Nefta’ is geschreven in de phrygische toonaard en bevat een mooi hobosolo en ‘Valencia’ heeft iets Spaans in de geest van Ravel, maar zonder diens duistere ondertonen.
De korte Symphonie marine uit 1931 heeft iets geheimzinnigs omdat Ibert verbood het werk tijdens zijn leven uit te voeren. Niemand weet precies waarom, maar het kan zijn dat het stuk mogelijk was gedoeld als muziek bij de korte film S.O.S. Foch uit datzelfde jaar en het om daaraan verbonden uitvoeringsrechten gaat.
Het is mooi dat niet alleen de soliste, maar ook het Duitse orkest zich zo goed kan inleven in deze Franse klankwereld.