Kabalevsy: Fantasie voor piano en orkest in f ’naar Schubert D. 940; Celloconcert nr. 1 in g op. 49; Weinberg: Vioolconcert in g op. 67. Benjamin Schmid (v), Claire Huangci (p) en Harriet Krijgh (vc) met het ORF symfonie orkest o.l.v. Cornelius Meister, Capriccio C 5310 (66’28”). 2016
De bekendheid van de typische opportunistische Sovjet componist Dimtry Kabalevsky (1904-1987) berustte vooral op zijn tumultueuze ouverture Colas Breugnon.
Verder schreef hij vooral voor het Sovjet regime goed tolerabele, opwekkende muziek en won daar drie Stalinprijzen mee. Er schuilt derhalve weinig sardonische peper of macaber zout in zijn Celloconcert nr. 1 uit 1949. Er zijn twee vloeiende, zangerige delen die een toch wel ontroerende klaagzang voor de vele Russische slachtoffers uit W.O. II omsluiten. De beide Celloconcerten waren er al van Marina Tassarova (Regis RRC 1116). Met Harriet Krijghs goede gevoel voor kleur en doorstroming krijgt het werk een passende verklanking.
In de wat nostalgische Fantasie voor piano en orkest uit 1961 koos de componist de prachtige Fantasie voor vierhandig piano als uitgangspunt. Het simpele, maar geweldige hoofdthema daarvan laat je niet gauw los en leent zich hier heel goed voor. Claire Huangci voelt dat goed aan en maakt er wat boeiends van. Ze schijnt de enige die dit werk opnam.
Het is misschien wat wrang dat de winnaar van ook nog eens vier Lenin prijzen op één cd staat met Weinberg die juist slachtoffer van het regime was.
Op zichzelf bestond minder behoefte aan een nieuwe uitgave van Weinbergs Vioolconcert omdat we reeds konden beschikken over opnamen van Leonid Kogan (Olympia OCD 622, Linus Roth (Challenge CC 72627), Gidon Kremer (ECM 481.066-9), Ilya Grubert (Naxos 8.557194) en Candia Thompson (Channel Classics CCS SA 34313), maar op zich beschouwd doet natuurlijk ook Benjamin Schmid het werk volkomen recht.
Niettemin berust de waarde van de Capriccio uitgave vooral op beide werken van Kabalevsky.