Kox: Pianokwartetten nr. 1 (1959) en 2 (1968); Preludes (1971); Cellosonate (1987/1991); Variaties op een thema van Beethoven nr. 1-14; Le chant du merle (1998); Sextet nr. 5 voor piano en blazers ‘Achilles sextet’ (1999); The jealous guy plays his tune (1975); Pianotrio (1976/1991); Cyclofonie XIII (1984); Four studies (1988); Lied ohne Worte (2000); The silent cry (2001); Stray birds (2015). Diverse uitvoerenden. Et’cetera KTC 1687 (2 cd’s, 2u. 28’19”). 2019
Ingeleid door Eduard De Boer’s Tombeau voor Hans Kox uit 2019 komen hier voor het eerst zo omvangrijk vijftien van de kamermuziekwerken van Hans Kox (19 mei 1930 - 25 februari 2018) aan bod. Alleen dankzij het feit dat hij in 2019 de centrale componist van het zomerfestival was. Dit betekent bijna tweeëneenhalf uur muziek met een sterk wisselend karakter. Die klinkt nu eens ruig tot beeldend en dan weer verfijnd en abstract. Kamermuziek vormde een substantieel aandeel van zijn oeuvre, dat blijkt.
Mooi dat de concerten door de Concertzender zijn opgenomen, zodat we er nu in alle rust aandacht aan kunnen schenken. Er zijn zelfs primeurs bij: de originele hoboversie van Le chant du merle bijvoorbeeld. Opvallend was bijvoorbeeld ook zijn vruchtbare samenwerking met saxofonist John-Edward Kelly voor wie hij o.a. The stranger schreef.
Wanneer men dit programma in gedeelten tegelijk beluistert, valt op dat Kox een onderschatte meester was. Misschien omdat hij als organist wachtte tot 1953 voordat hij ging componeren en een gerijpte man van middelbare leeftijd met de nodige levenservaring (einde W.O.II rond Arnhem) was, die over het resultaat bescheiden opmerkte: ‘het is gewoon muziek, klank. Muziek is zichzelf, hoe je die ook wilt interpreteren’. Jammer dat een van zijn laatste werken, het Strijkkwartet nr. 3 ontbreekt.
Voor de uitvoeringen trad een heel regiment musici aan. Ik beschikte daarvan nog geen nadere gegevens, maar in het programma worden heel algemeen in alfabetische volgorde genoemd Cyrus Allyar (tr), Peter Brunt (v), het Chekhov pianotrio, Dorian Cooke (fag), Ellen Corver (p), Charly Delbecq (p), Katherine Dowling (p), Ingrid Goerlings (fl), Larissa Groeneveld (vc), Toby Hughes (bs), Alan R. Kay (kl), het Malevich Piano Quartet, Michael Nemtsov (va), Elena Nemtsova (p), Ron Schaaper (hrn), James Austin Smith (h), Kristian Winther (v) en Tjeu Zeijen (org). Een aantal van hen zal in de werken van Kox hebben gespeeld.
De akoestiek van de abdij in Rolduc speelt niet steeds een positieve rol, maar daar moeten we mee leven.