Kerll: Werken voor orgel en klavecimbel. Toccata’s nr. 1-8; Canzona’s nr. 1-6; Ciacona variata in C; Passacaglia in d; Capriccio sopra il cucu in G; Battaglia; Suites in D, F, a, G; Toccata sive ricercata in cylindrum phonotacticum transferendal; Modultatio organica super Magnificat octo ecclresasticis tonis respondens. Matteo Messori ((org, kl). Brilliant Classics  94452 (3 cd’s, 2u. 53’01:). 2012

 

Johann Caspar Kerll (1627 - 1693) was een van de vele componist/organisten in zijn tijd, maar werd al gauw daarna vergeten. In zijn orgel- en klavecimbelwerken zette hij de traditie van Frescobaldi en Froberger voort al schijnt hij nauwelijks contact met hen te hebben gehad. Kerll werkte geruime tijd als organist van de Weense Stephansdom nadat hij in Italië les had gehad van Valentini en Carissimi. 

Enigszins onterecht is hij lang vooral geprezen als opvolger van Froberger en voorloper van Bach, maar niet om zijn eigen kwaliteiten, die vooral op het terrein van knap contrapunt liggen bij zijn orgelwerken. Hij toonde een voorkeur voor de concertante stijl die hij ook een poos kon laten horen in dienst van de hoven van keurvorst Ferdinand  Maria in München en Brussel van aartshertog Leopold Wilhelm.

Tot nu toe is vooral aandacht besteed aan de vocale werken van Kerll, Om een evenwichtig beeld van hem te krijgen, is het goed dat nu ineens al zijn orgel- en klavecimbelwerken zijn vastgelegd. Wat de orgelwerken betreft, gebeurde dat op het orgel van de Maria Hemelvaart kerk in Vornbach am Inn van Johan Ignaz Egedacher uit 1732.

De Italiaanse organist en klavecinist Matteo Messori die eerder al volledige opnamen maakte van de klavecimbelwerken van Luzzasco Luzzaschi (Brilliant Classics 94169) en Vincenzo Albrici (Musica reservata MRCD 008) is een betrouwbare gids in dit repertoire van Kerll dat deze opname volkomen waard is omdat het zo grondig is behandeld.