Korngold: Die Kathrin. Melanie Diener, David Rendall, Robert Hayward, Lilian Watson en Della Jones met de BBC Singers en het BBC concert orkest o.l.v. Martyn Brabbins. CPO 999.602-2 (3 cd’s, 162’). 1997
In het midden van de jaren zeventig vorige eeuw toen van een vrij tijdelijke hernieuwde belangstelling voor het werk sprake was, kon nog niemand bevroeden dat zijn belangrijkste opera’s ooit op cd zouden verschijnen. Die Kathrin ontstond in 1938 tien jaar na Das Wunder der Heliane en in die tussentijd was de stijl van de componist danig veranderd. Geen wonder, want van het Weense wonderkind uit de periode rond 1920 was hij geworden tot een van de belangrijkste componisten van filmmuziek in Hollywood. Waar Heliane – meer nog dan Die tote Stadt – een grandioze opera is, gaat het bij Kathrin om een tamelijk pretentieloos werk. Hij overwoog zelfs om het werk een ‘volksopera’ te noemen. Het libretto is simpel: François, de held van het verhaal, is een soort minstreelzanger die wordt opgeroepen voor militaire dienst. Hij raakt verliefd op het dienstertje Kathrin, dat zwanger van hem wordt, haar baan verliest en hem naar Marseille volgt. Dan ontwikkelt de handeling zich in Tosca sfeer: François wordt beschuldigd een schurk te hebben gedood die in feite door cabaretmeisjes is omgebracht. Vijf jaar later keert de titelheld naar moeder en kind terug, waarmee de opera met een fraai liefdesduet eindigt.
Typisch Korngold zijn de scènes in de nachtclub met pakkende melodieën van een jazz ensemble (een trio van saxofoons en banjo). De orkestratie is verder overdadiger dan we van de componist gewend zijn. Verder komen herinneringen aan Puccini’s La rondine, Suor Angelica, Strauss’ Arabella voorbij in dit werk halverwege opera en operette.
De bezetting is een puike met Diener als mooi getimbreerde, geloofwaardige Kathrin, Rendall een innemende, maar wat kelige held en in de nachtclub Watson en Jones als fonkelende meisjes van plezier; Hayward vertegenwoordigt als Malignac uitstekend de schaduwkanten van het leven.