Korngold: Vioolconcert op. 35; Tchaikovsky: Vioolconcert in D op. 35. Anne Sophie Mutter met resp. het Londens symfonie orkest en het Weens filharmonisch orkest o.l.v. André Previn. DG 474.515-2 (58’50”). 2003
Het vioolconcert van Korngold is een goed voorbeeld van hoe deze uit Oostenrijk gevluchte componist (met als beste werk de opera Die tote Stadt) en die in Hollywood beroemd werd als componist van filmmuziek zijn voor dat medium geschreven stukken plunderde. In het eerste deel komt een thema uit Another dawn voor, in het tweede een zoetelijk dito uit Anthony Adverse en in de uitgesproken Amerikaans aandoende finale is iets uit The prince and the pauper te horen. Aansprekende melodieën die echter niet verder worden ontwikkeld.
De mooiste vertolkingen tot nu toe kwamen van showman Heifetz (RCA 09026-61752-2) en de veel serieuzer Shaham (DG 439.886-2). Mutter zorgt nu voor een uitgesproken vrouwelijk, wat lieflijker alternatief wat vooral vruchten afwerpt aan het eind van het tweede deel. Haar voordracht heeft bij vlagen een ietwat improvisatorisch karakter en de briljante finale is heel pakkend.
In het regime Karajan maakte de jonge Mutter al in 1988 een opname van Tschaikovsky’s concert (DG 419.241-2). Wat ze toen in haar opvatting mogelijk ervoer als in een keurslijf van de dirigent te zijn gedrongen, kan ze in dit werk nu vrijuit tonen met haar liefhebbende echtgenoot aan het roer. En inderdaad, ze neemt alle vrijheid voor een zeer romantisch aandoende vertolking waarin ze heel spontaan een weelde aan warme violistische kleuren ten toon spreidt. Maar de concurrentie is hevig in dit werk en het hangt er maar vanaf wat voor koppeling logischer of dierbaarder is: Mullova (Philips 416.821-2) en Vengerov (Teldec 09027-46743-2) met Sibelius, Repin (Philips 473.343-2) met Miaskovsky, Chang (EMI 754.753-2) met Brahms of Midori (Sony 68338) met Shostakovitch 1.
Op zichzelf beschouwd is Mutter min of meer gelijkwaardig met die andere groten.