CD Recensies

LAJTHA: SYMFONIE NR. 1; SUITE LYSISTRATA; IN MEMORIAM

Lajtha: Suite Lysistrata op. 19a; In memoriam op. 35; Symfonie nr. 1 op. 24. Pécs symfonie orkest o.l.v. Nicolás Pasquet. Naxos 8.573643 (60’02”). 1996

 

Medio jaren negentig bracht Marco Polo een aantal opnamen met werken van de Hongaarse componist László Lajtha (1892-1963) uit. Geleidelijk wordt dat materiaal nu overgeheveld naar het bekende goedkope Naxos label dat de intentie heeft de complete orkestwerken van de componist opnieuw uit te brengen. 

Daarbij gaat het om een negental symfonieën (is dit aantal weer een toeval of historische bepaald?) waarmee hij Hongarijes grootste symfonicus werd, het symfonisch gedicht In memoriam, een Ouverture en suite, een Sinfonietta, 3 Orkestsuites, de Suite Lysistrata en Orkestvariaties. In mindere mate heeft begrijpelijk ook Hungaroton materiaal van deze componist in portefeuille.

In dit geval gaat het specifiek om het continueren van Marco Polo 8.223670. Dat Lajtha buiten eigen land nauwelijks bekend werd, heeft natuurlijk veel met de politieke ontwikkelingen sinds het begin van W.O. II te maken. Jarenlang verkeerde hij in isolement en het werd er niet beter op toen hij in ongenade viel bij het communistische regime toen hij een jaar na de Hongaarse opstand in 1956 zijn Revolutiesymfonie (nr. 7) schreef.

Globaal behorend tot de generatie van Kodály en Bartók is het niet verwonderlijk verwantschappen te ontdekken.

Lysistrata was de vrouw die in de Griekse oudheid trachtte een eind te maken een de Peleponesische oorlog door de vrouwen in Athene ertoe te brengen geen seks meer te hebben om zo vredesonderhandelingen te stimuleren. Paul Lincke en Mark Adama werden ook door haar tot muziek geïnspireerd. Maar Lajtha kwam in 1937 met een ballet waaruit het ‘voorspel met hymne’, de ‘marche burlesque’, een ‘langzame wals’ en een ‘can-can’ in zijn suite zijn opgenomen. 

In memoriam is uit 1941 en is een vrij schokkend, maar heel welsprekend protest tegen de oorlog die toen woedde. Heel optimistisch en levendig is dan de eerste symfonie van de al 44-jarige uit 1936. Het werk is enigszins op Franse leest geschoeid blijkt te zijn.

Wie vertrouwd is met Kodály, Bartók, Martinů en muziek in hun geest wil leren kennen, is goed bediend met dit begin van een te vervolgen reeks. De uitvoeringen zijn raak getypeerd en de opname lijkt onder ideale akoestische omstandigheden te zijn gemaakt.