CD Recensies

LALANDE: GRANDS MOTETS, SCHNEEBELI

Lalande: Grands motets ‘Beati quorum remissae sunt S. 5; Quam dilecta S. 12; Audite caeli quae loquor S.7. Salomé Haller (s), Damien Guillon (ct), Howard Crook (t), Hervé Lamy (t) en Alain Buet (bs) met de Pages & les Chantres de Versailles en de Grande Écurie et la chambre de roy o.l.v. Olivier Schneebeli. Virgin 545.531-2 (68’04”). 2001

Lalande: Grands motets ‘Venite, exultemis Domino’ S. 58’; ‘De profundis’ S. 23; ‘Dominus regnavit’ S. 65. Chantal Santon-Jeffery (s), Reinoud van Mechelen (t), François Joron (b), Lisandro Abadie (bs) met de Pages & les Chantres de Versailles en het Collegium Marianum o.l.v. Olivier Schneebeli. Glossa GCD 924301 (78’41”). 2017

De overheersende reputatie van Lully in de eerste helft van de Franse barok en die van Rameau in de tweede overschaduwde die van veel andere componisten. Maar in de afgelopen vijftig jaar heeft bijvoorbeeld  Charpentier dankzij een reeks fraaie opnamen naam gemaakt en eindelijk is zijn bijna-tijdgenoot Michel-Richard de Lalande (1657 - 1725) ook meer geworden dan een naam in de muziekgeschiedenis boeken.

Lalande, een eersteklas klavierspeler die lessen gaf aan prins essen, domineerde de Franse kerkelijke muziek aan het begin van de achttiende eeuw.Hij componeerde ook voor instrumenten en het theater, maar werd het bekendst met zijn zeventien tussen1680 en 1700 geschreven Grands Motets.

Deze grootschalige werken voor vocale solisten, koor en orkestbegeleiding  schreef hij voor de Koninklijke Kapel en zonnekoning Lodewijk XIV die in zijn latere jaren een duidelijke voorkeur had voor Lalande’s muziek en nadrukkelijk beval de partituren daarvan aan het hof te bewaren. 

Opvallend in deze werken zijn vooral de rijke harmonieën vol afwisselende grootsheid en lyriek.

Vincent Dumestre maakte een opname van ‘Deitatis majestatem’ S. 3, ‘Ecce nunc genedicite’ S. 8 en ‘Te Deum laudamus’ S. 32 (Alpha 968) en William Christie van ‘Confitebor tibi Domine’ S. 56, ‘Super flumina Babilonis’ S. 13 en ’Te Deum laudamus’ S. 32 (Harmonia Mundi HMA 195.1351).

Maar de met een tussenpoos van zestien jaar en met andere muzikale krachten door Olivier Schneebeli gemaakte opnamen vormen daarvan de overtreffende trap. De stemmen bezitten een gepolijste klank al had Lisandro Abadie misschien wat krachtiger mogen klinken en de dirigent toont een goed gevoel voor de versieringen. Opvallend zijn onder andere de prachtige blazerssoli van het Tsjechische ensemble dat van naam veranderde.