Lalo: Le roi d’Ys. Eric Martin-Bonnet (bs., Roi d’Ys), Giuseppina Piunti (ms., Margared), Guylaine Girard (s., Rozenn), Sébastien Guèze (t., Mylio), Werner van Mechelen (b., Karnac) e.a. met het Ensemble van de Walloonse opera o.l.v. Patrick Davin. Dynamic CDS 592/1-2 (2 cd’s, 1u., 42’59”). 2008
Wie net als uw recensent een warm plaatsje in zijn hart heeft voor de tweede van de drie opera’s van Édouard Lalo zal blij zijn met deze uitgave van het wek uit 1888. De handeling gaat over een goddelijke interventie die een Bretons stad spaarde voor een vloedgolf.
Giuseppina Piuani en de nog voortreffelijker Guylaine Girard vertolken de zussen Margared en Rozenn die op haast apocalyptische wijze als rivalen vechten om de aandacht van de strijder Mylio (Sébastien Guèze). Werner van Mechelen, die niet steeds even comfortabel zingt, is Karnac, de uitverkoren huwelijkskandidaat met wie geen van beide zusters wil trouwen, maar die handig door Margared wordt gebruikt voor haar verschrikkelijke doeleinden.
De uitvoering heeft wat hoekige randen maar vergoedt aan inzet en passie wat aan raffinement en finesse ontbreekt. Het koor had groter en krachtiger mogen zijn, maar Patrick Davin zorgt verder voor een pittige realisatie. De klassieke opnamen van André Cluytens (EMI 769.858-2) uit 1957 en Pierre Dervaux (Chant du monde LDC 278879/8) uit 1968 maken langzamerhand een wat verouderde indruk. Blijft over Armin Jordan (Erato 2292-45015-2) uit 1988 als belangrijkste concurrent.