CD Recensies

LEO, DURANTE, PORPORA: CONCERTANTE WERKEN

Durante: Concert in e voor strijkers en continuo; Leo: Cantate Vado dal piano al monte; Concertante symfonie voor cello en violen; Concert in D voor 4 violen en continuo; Porpora: Cantate Il ritiro. Raffaella Milanesi (s) met Insieme strumentale Roma o.l.v. Giorgio Sasso. Fuga libera  FUG 570 (73’08”). 2009

 

Hier zijn vijf werken uit de achttiende eeuw bijeengebracht die een aardig representatief beeld geven van wat destijds de achttiende eeuwse Napolitaanse school te bieden had. Het gaat hier vooral om concertante muziek met een tweetal cantates als vocale inbreng extra.

Centrale figuur is feitelijk Leonardo Leo; hij werd vooral bekend als componist van wel zeventig luchtige en serieuze opera’s die alle in de vergetelheid raakten plus veel kerkmuziek, waaronder een beroemd Miserere. De Concertante symfonie werd geschreven voor de getalenteerde amateurcellist, de hertog van Maddaloni (die eigenlijk Pergolesi in dienst had). Toch is de solopartij aardig complex.

Wat de drie componisten bindt, is een instrumentaal idioom in gevorderde concerto grosso stijl, dus wat vrijer. De barokpraktijk gaat samen met galante charme en expressiviteit. Sopraan Raffaella Milanesi onderscheidt zich positief in beide cantates, de instrumentale begeleidingen hebben soms wat te kampen met intonatieproblemen, maar ernstig is dat niet. Het continuo klavecimbel had wat krachtiger acte de présence mogen geven. Ondanks deze onvolmaaktheden is dit een aantrekkelijke productie.