Liszt: Symfonische gedichten: Ce qu’on entend sur les montagnes; Tasso, lamento e trionfo; Les Préludes; Orpheus; Prometheus; Mazeppa; Festklänge; Héroïde funèbre; Hungaria; Hamlet; Hunnenschlacht; Die Ideale; Von der Wiege bis zum Grabe. Londens filharmonisch orkest o.l.v. Bernard Haitink. Philips 438.751-2 (2 cd’s, 2u. 06’59”) + 438.754-2 (2 cd’s, 2u. 11’47”). 1969/72
Liszt: Symfonische gedichten: Ce qu’on entend sur les montagnes; Tasso, lamento e trionfo; Les Préludes; Orpheus; Prometheus; Mazeppa; Festklänge; Héroïde funèbre; Hungaria; Hamlet; Hunnenschlacht; Die Ideale; Von der Wiege bis zum Grabe; Faust-Symfonie; Deux Épisodes du Faust de Lenau; Dante symfonie. Klaus König (t) met het mannenkoor uit het Leipzigs Omroepkoor en de vrouwenstemmen uit het Thomanerkoor en het Gewandhausorkest, Leipzig o.l.v. Kurt Masur. EMI 574.521-2 (5 cd’s, 6u. 08’29”). 1979
Liszt: Symfonische gedichten: Ce qu’on entend sur les montagnes; Tasso, lamento e trionfo; Les Préludes; Orpheus; Prometheus; Mazeppa; Festklänge; Héroïde funèbre; Hungaria; Hamlet; Hunnenschlacht; Die Ideale; Von der Wiege bis zum Grabe. BBC filharmonisch orkest o.l.v. Gianandrea Noseda. Chandos CHAN 10341, 10375, 10417, 10490 (4 cd’s, 5 u. 09’42”). 2005/8
Liszt verdient de eer het symfonisch gedicht te hebben uitgevonden: een uitgebreid orkestwerk als muzikale interpretatie van een niet-muzikaal onderwerp. In totaal schreef hij dertien van dergelijke werken. Ze illustreren onderwerpen die zijn ontleend aan de klassieke mythologie, de romantische literatuur, de voor hem recente geschiedenis of eenvoudig verbeeldingsvolle fantasie.
Hoe kwam het daartoe? Toen Liszt zich in 1848 als dirigent in Weimar had gevestigd, wilde hij ook serieus worden genomen als componist van orkestwerken, liefst in een oorspronkelijke vorm. Zo ontstond een opmerkelijk genre dat Franck en Dukas, maar vooral Richard Strauss zou beïnvloeden.
De aan deze stukken ten grondslag liggende compositietechniek staat bekend als thematische transformatie en deze is uitermate geschikt voor voor verhalende programmatische muziek.
Niet al deze werken bleken even succesvol, maar het bekendste stuk uit de reeks, Les préludes (een parafrase op een gedicht van Lamartine), is een meesterwerk.
De Faust- en de Dantesymfonie zijn in zoverre verwant met deze symfonische gedichten dat het beginthema in heel wat gedaanteverwisselingen door het hele werk heen wordt gebruikt.
De hier genoemde integrale opnamen illustreren uitvoerings- en opnametechnisch de weg van goed (Masur) via beter (Haitink) naar uitstekend (Noseda). Ook naar de klank gemeten wint de Chandosreeks.