CD Recensies

MAHLER: SYMFONIE NR. 4, ALBRECHT

Mahler: Symfonie nr. 4 in G. Elizabeth Watts met het Nederlands philharmonisch orkest o.l.v. Marc Albrecht. Pentatone PTC 5186-487 (57’53”). 2014

 

Wanneer men de afgelopen dagen intens is geconfronteerd met een groot aantal van de mooiste opnamen  van deze symfonie om de Vergelijkende Discografie te actualiseren, is er ruimte te over om dit tweetal verse in Nederland gemaakte opname naar waarde te schatten.

Deze Nederlandse inbreng komt uit Arnhem en Amsterdam. De Gelderse cd van Antonello Manacorda werd onlangs al apart besproken en kreeg veel lof, vooral ook dankzij de inbreng van Lisa Larsson. Die lof blijft overeind bij nieuwe beluistering. 

Sinds de cyclus die de verdienstelijke Hartmut Haenchen met het Nederlands filharmonisch in de jaren negentig maakte bezit het Amsterdamse orkest bewezen affiniteit met Mahlers idioom. Dat blijkt hier uit een mooi afgewogen, vrij zonnige interpretatie. Marc Albrecht kon op die traditie bouwen en hij verrijkt die mooi met persoonlijke inzichten. De wat koele, Engelse Elizabeth Watts – groot bewonderaarster van Gundula Janowitz – past precies in dat concept.

Vandaar dat er geen enkele reden is om waardering aan dit tweetal goede prestaties te onthouden. Laten dus vooral de luisteraars die een van beide uitvoeringen in de zaal hebben gevold de bewuste platen als dierbare herinneringen koesteren.

Maar wie alleen al ziet dat onderstaande opnamen ook in Nederland tot stand kwamen, zal beseffen dat het maar om eentje onder velen gaat en dat daarbij onvermijdelijk andere zijn waarin deze muziek nog net iets meer recht wordt gedaan. Ook hier geldt (helaas?): baas boven baas.

 

1939. Jo Vincent met het Concertgebouworkest o.l.v. Willem Mengelberg. Archiphon ARPCD 00066.

 

1951. Margaret Ritchie met het Concertgebouworkest o.l.v. Eduard van Beinum. Decca 421.140-2. 

 

1952. Elisabeth Schwarzkopf met het Concertgebouworkest o.l.v. Bruno Walter. Globe GLO 6900 (6 cd’s), Tahra TAH  524, Philips 475.445-2, Sony 51.5301-2.

 

1955. Maria Stader met het Concertgebouworkest o.l.v. Otto Klemperer. Audiophile Classics APL 101.553.

 

1956. Teresa Stich-Randall met het Residentie orkest o.l.v. Willem van Otterloo. Decca 478.2537.

 

1958.Teresa Stich-Randall met het Residentie orkest o.l.v. Willem van Otterloo. Retrospective RET 037.

 

1961. Sylvia Stahlmann met het Concertgebouworkest o.l.v. Georg Solti. Decca 417.745-2, 458.383-2 (2 cd’s).

 

1967. Elly Ameling met het Concertgebouworkest o.l.v. Bernard Haitink. Philips 442.050-2 (10 cd’s).

 

1981. Wendela Bronsgeest met het Nederlands Studenten orkest o.l.v. Louis Stotijn. NSO.

 

1981. Benita Valente met het Concertgebouworkest o.l.v. Antal Dorati. Dorati Live ADL 208.

 

1982. Maria Ewing met het Concertgebouworkest o.l.v. Bernard Haitink. Philips 464.326-2. 

 

1983. Roberta Alexander met het Concertgebouworkest o.l.v. Bernard Haitink. Philips 412.119-2. 

 

1987. Helmut Wittek met het Concertgebouworkest o.l.v. Leonard Bernstein. DG 423.607-2.  

 

1993. Alexandra Coku met het Nederlands philharmonisch orkest o.l.v. Hartmut Haenchen. Music Digital 13510 Brillant Classics 93277.

 

1999. Barbara Bonney met het Concertgebouworkest o.l.v. Riccardo Chailly. Decca 466.720-2.

 

2002. Barbara Frittoli met het Concertgebouworkest o.l.v. Bernard Haitink. RN Music.

 

2006. Claron McFadden met het Nederlands Jeugdorkest o.l.v. Jurjen Hempel. NJO.   

 

2006. Christine Schäfer met het Concertgebouworkest o.l.v. Bernard Haitink. RCO Live RCO 07003.

 

2014. Lisa Larsson met het Gelders orkest o.l.v. Antonello Manacorda. Challenge CC 72659.

 

Wie nu aarzelt, moet tenminste Szell (Sony SBK 46535), Maazel (Sony SMK 39072), I. Fischer (Channel Classics CCS SA 26109), Sinopoli (Profil PH 07047) eens beluisteren.