Mozart: Zaïde KV 344. Diana Damrau (s), Michael Schade (t), Rudolf Schasching (t), Florian Boesch (b), Anton Scharinger (bs) met Concentus musicus Wenen o.l.v. Nikolaus Harnoncourt. Duitse Harmonia Mundi 82876-84996-2 (2 cd’s, 1u. 47’04”). 2006
Dat Mozarts Singspiel Zaïde op tekst van Schachtner uit 1780 maar vrij zelden wordt opgevoerd, komt omdat het werk onvolledig is. De muziek zelf is voorhanden, maar de dialogen ontbreken. Hoewel het werk nog in Salzburg ontstond, werd bovendien het Turkse verhaal in Wenen niet erg gewaardeerd omdat het minder vrolijk was dan in de Entführung. In een ander opzicht is Zaïde ook interessant, want Mozart probeerde daarin de vorm van het melodrama waarin de gesproken tekst de muziek vrijwel overvleugelt. De geuite gevoelens van wraakzucht, xenofobie en woede zijn te heftig voor een komische opera. Het werk bevat een prachtig fragment: de sopraanaria ‘Ruhe sanft’.
Van dit werk verschenen ook opnamen van Berhard Klee (Philips 422.536-2), Alfons Rischner (Archipel ARPCD 0489), Leopold Hager (Orfeo C 055832 I), Paul Goodwin (Harmonia Mudi HMU 90.7205), Martin Haselböck (CPO 777.281-2) en Ton Koopman (onpraktisch in een box met 44 cd’s , Brilliant Classics 92114, of met vijf 99734), sommige zonder de gesproken tekst.
Maar Harnoncourt en zijn team imponeren meer dan deze anderen omdat hij zijn zangers en het orkest laat bruisen van razernij. Tobias Moretti als verteller praat de muziekstukken aan elkaar en schuwt verwijzingen naar de huidige extreme islamproblematiek en de slavernij geenszins.
De solisten komen soms interpretatief niet zonder smetten op te lopen door de voorstelling. Diana Damrau klinkt in de titelrol lichtelijk kelig, Michael Schade laat wat gespannen momenten horen als Gomatz, maar Florian Boesch is een voortreffelijke Allazim en Anton Scharinger kan zich mooi uitleven als Osmin. Zijn grote aria is een hoogtepunt dat laat horen dat deze Osmin minder sinister is dan die in de Entführung.