Mendelssohn: Vioolsonate in F MWV. Q26; Janáček: Vioolsonate; Schumann: Vioolsonate nr. 2 in d op. 121. Simone Lamsma en Robert Kulek. Challenge CC 72677 (74’23”). 2015
Het eerste wat onmiddellijk opvalt aan deze cd is het afwisselende programma: nu eens niet de drie vioolsonates van Mendelssohn, de drie van Schumann bijeen, maar afzonderlijk van elk eentje zoals je het liefst verwacht bij een vioolrecital.
De pas in 1953 gepubliceerde sonate van Mendelssohn dateert uit zijn rijpste tijd in Leipzig (1838) en heeft een behoorlijk hoffelijk karakter. Hoe aangenaam is het om Simone Lamsma op haar derde cd te horen hoe ze met haar Stradivarius Mlynarski mooi fraserend en met steeds de juiste gevoelsexpressie dit wellevende werk tot leven wekt. Probeer bijvoorbeeld de briljante assai vivace finale. Het aantrekkelijke werk komt er in deze intelligente vertolking bijzonder goed af.
Bij de technisch en interpretatief een stuk lastiger goed te realiseren sonate van Janáček, altijd een nogal moeilijk te vangen compositie, wordt uit een ander vaatje getapt. Het grillige werk klinkt spontaan en aangenaam warm van toon met een gul toonbereik en een mooi extatisch pianissimo aan het eind van de ballada, het tweede deel.
De nooit erg populair geworden vioolsonates van Schumann verdienen gemotiveerde, verbeeldingsvolle pleitbezorgers. Tot dat gilde behoren Simone Lamsma en Robert Kulek zeker. Met een mooi geschakeerde toon ontlokt de violiste het romantische, sfeervolle potentieel van het werk. De door de componist duidelijk gegeven aanwijzingen over dynamische relaties, legato articulatie, staccati worden goed in acht genomen, maar er is ook ruimte voor ritmische vrijheden. Het derde deel krijgt een enigszins kil karakter waarop men slechts kon hopen.
Simone Lamsma maakt eens temeer haar uitstekende reputatie waar. Als begeleider heeft Robert Kulek zijn sporen verdiend in opnamen met Daniel Müller-Schott, Augustin Hadelich en Arabella Steinbacher. Ook hier weer is zijn inbreng van wezenlijk belang.