CD Recensies

MADERNA: REQUIEM

Maderna: Requiem. Diana Tomsche (s), Kathrin Göring (a), Bernhard Berchtold (t), Renatus Mészár (bs) met het MDR Omroepkoor Leipzig en de Robert Schumann Philharmonie Chemnitz o.l.v. Frank Beermann. Capriccio C 5231 (59’53”). 2012

 

Het lijkt onwaarschijnlijk dat iemand als Bruno Maderna een volwaardig  Requiem componeerde. Maar dat zit zo: In 1943 vocht Maderna als Italiaanse partizaan tegen de Duitsers. Hij werd door de SS gevangengenomen, in Dachau op mensonterende wijze verhoord, maar verrassend weer vrijgelaten. “Op dat moment was voor mij de enige mogelijkheid om een Requiem te schrijven en dan te sterven”, vertelde hij later.

Jarenlang werd het in 1946 door de 26-jarige componist geschreven werk als verloren beschouwd, totdat het werd teruggevonden in de New Yorkse Library of Purchase College. In november 2009 werd het voor het eerst in het Teatro La Fenice in Venetië uitgevoerd.

Wie Maderna kent als de componist van Aura, Biogramma, Quadrivium, het pianoconcert (Sinopoli, DG 477.5383), stukken die zijn geschreven om ‘onderhoudend en interessant te zijn en niet om de burgerij te choqueren’, zal aangenaam verwonderd opkijken bij het beluisteren van dit Requiem, waarin we invloeden van de voorbeelden van Verdi en Berlioz, maar eveneens van Stravinsky’s Psalmensymfonie, zelfs van diens Les noces (omdat we in het orkest drie piano’s aantreffen) en de harmoniek van Hindemith kunnen herkennen. Wat zo ontstond was vooral in de geest van het pacifistische War Requiem van Britten. Heftige uitbarstingen zijn beperkt gebleven tot het ‘Dies irae’. Ook aan Tippetts A child of our time duiken herinneringen op.

Het Agnus Dei vormt een hoogtepunt uit het heel boeiende werk.

Uitvoering en opname doen het werk op zeer voldoende wijze recht.