Mozart: Vioolsonates nr. 17 in C KV. 296, 18 in G KV. 301, 19 in Es KV. 302, 20 in V KV. 303, 21 in e KV. 304, 22 in A KV. 305, 23 in D KV. 306, 24 in F KV. 376, 25 in F KV. 377, 26 in Bes KV. 378, 27 in G KV. 379, 28 in Es KV. 380, 32 in Bes KV. 454, 33 in Es KV. 481, 34 in A KV. 526; Vioolsonatine in F KV. 547. Tomas Cotik en Tao Lin. Centaur CRC 3619/22 (4 cd’s, 4u. 27’16”). 2016
Echt volledige opnamen van de werken voor viool en piano zijn schaars. Er is een uitgave van Elizabeth en Johannes Kropfitsch (Gramola 98777/82, 6 cd’s) uit 2005 die naast de 35 sonates ook beide Variatiewerken bevat, maar niet de fragmenten KV. 526a en 546a.
Net als veel voorgangers laten ook Tomas Cotik en Tao Lin niet slechts de sonates nr. 1 KV. 6 tot 16 KV. 31 achterwege, maar ook nr. 29 KV.396 tot 31 KV. 403 wat des te spijtiger is omdat ze zulk uitgelaten, virtuoos en stijlvol spel laten horen. Dat ook KV. 457 uit 1788, de ‘kleine pianosonate voor beginners op de viool’ mankeert, is vergeeflijk.
Wie in chronologische volgorde naar alle sonates luistert, wordt gewaar dat de vorm geleidelijk verandert. Aanvankelijk is de piano erg dominant, maar geleidelijk aan wordt sprake van een echt gelijkwaardig partnerschap.
In deze uitgave komen de zogenaamde Aurnhammer sonates KV. 296 en 376/380 voor die Mozart opdroeg aan zijn leerlinge Josepha von Aurnhammer. Werken met mooie dialogen en het rondo van KV. 376, het virtuoze begin en het serene variatiedeel van KV. 377 als hoogtepunten.
Het liefst in etappes beluisteren van deze sonates is een bijzondere ervaring. Tomas Cotik en Tao Lin tonen zich daarbij goede gidsen.
Hun spel is niet alleen door en door idiomatisch, het getuigt ook van een grote musiceervreugde. Het stel is vertrouwd met de Weense muziektraditie van eind achttiende eeuw in hun coherente opvatting.
Wie daarvan wat voorbeelden wil hebben, kan eens luisteren naar het luchtige rondo van KV. 296, het spirituele allegro van KV. 306 en het mooi met versieringen op getuigde andantino uit KV. 547.
Daarom zou het heel fijn zijn, wanneer Cotik en Lin echt gaan zorgen voor een complete opname. Daarvoor zouden nog eens twee cd’s nog zijn. Dat moet te doen zijn.
Wie een prachtig gespeelde selectie wil hebben uit de hele serie sonates, kan niet beter doen dan met Rachel Podger en Gary Cooper in zee te gaan (Channel Classics CCS SA 21804/7). op dit gebied natuurlijk Szeryng en Häbler (Philips462.185-2), Grumiaux en Haskil (Philips 442.625-2, 5 cd’s), Grumiaux en Klien (Philips 412.141-2, 4 cd’s), Zimmermann en Lonquich (EMU 763.994-2, 4 cd’s), Alina Ibragimova en Cédric Tiberghien (Hyperion CDA 68143, 2 cd’s) en Itzhak Perlman en Daniel Barenboim (DG 431.673-2) interessant.