Mozart: Pianoconcerten nr. 20 in d KV. 466, 21 in C KV. 461, 25 in C KV. 503 en 27 in Bes KV. 595. Friedrich Gulda met het Weens filharmonisch orkest o.l.v. Claudio Abbado. DG 483.8526 (2 cd’s, 2u, 10’12”). 1974/5
Wat een blij weerzien met de aanvankelijke uitgaven op DG 423.686-2 die decennia geleden in 1975/6 voor het begin van deze website verschenen op DG 415.842-2 en 419.475-2, daarna nog eens samen op DG 423.686-2 en die hier daarom nooit eerder zijn besproken. Goed daarvoor nu alsnog de gelegenheid te krijgen want het gaat om markante vertolkingen.
Gulda was, om het even wat hij speelde tot eigen werken en jazz toe, altijd een uitzonderlijke pianist met heel uitgesproken opvattingen. In zijn Mozartspel toont hij een mooie synthese van welluidendheid en een zekere agressiviteit in zijn heel flexibele voordracht die soms ook wat improviserends heeft. Ook combineert hij ritmische precisie met wat we een typische bitterzoete Weense sfeer zouden kunnen noemen. Dat brengt bij de luisteraar een gevoel van aangename onverwachte verrassingen teweeg dat na al die tijd nog steeds als aangenaam wordt ervaren, natuurlijk ook dankzij het waardevolle aandeel van een begripvolle Abbado.