CD Recensies

MOZART: PIANOKWARTETTEN NR. 1 EN 2, PHILIPPENS

Mozart: Pianokwartetten nr. 1 in g KV 478 en 2 in Es KV. 494. Finghin Collins (p), Rosanne Philippens (v), Máté Szücs (va) en István Várdai (vc). Claves 50-3002 (67’41”). 2019

Naarmate Rosanne Philippens haar vleugels verder internationaal uitslaat, verschijnen er steeds interessantere en mooiere opnamen van haar. Hier speelt ze in een ad hoc (?) ensemble met een Ierse pianist en drie andere Hongaarse strijkers die elkaar spiritueel helemaal hebben gevonden in optredens tijdens festivals. Deze opname van het Zwitserse label werd in een Iers kerkje in Drogheda gemaakt.

Pianokwartet nr. 1 met zijn omineuze begin (dat het gemeens heeft met meer werken van Mozart in g) heeft met zijn duistere, intense textuur altijd tot mijn lievelingswerken van de componist behoord. Het moet in 1785 een gedurfd werk zijn geweest en muziekuitgever Hoffmeister had er zijn twijfels over of dat wel kon, maar de vier musici van nu trekken zich daar niets van aan en zetten meteen pittig in.

De doorwerking geeft een breed expansief gevoel en het viertal speelt hier als één hecht team. Hat andante vloeit bekoorlijk in elegante melodielijnen. Het zwierige rondo heeft veel ritmische impulsen en het speelplezier spat ervan af. Grappig hoe dit deel al een schaduw vooruitwerpt op de muziek van Papageno uit de Zauberflöte.

De uitvoering van Pianokwartet nr. 2 heeft vooral veel charme. Het begin allegro is heel helder en er is veel zorg besteed aan frasering en dynamiek. In de doorwerking is even gezorgd voor een licht romantisch gevoel. Het fraai gearticuleerde larghetto verloopt heel vloeiend. Mozarts verrassende harmonische wisselingen klinken fris en verbeeldingsvol. Frasen worden naadloos uitgewisseld tussen violiste en altviolist, de finale heeft het karakter van een dans met prachtig passagewerk van Philippens. Intieme muziek op intieme schaal.

Natuurlijk bestaan er aardig wat opnamen van dit tweetal composities, waaronder een met fortepiano van de Kuijkens (Challenge CC 72758), de oude van Clifford Curzon en leden van het Amadeus kwartet (Decca 425.960-2) en de nieuwere van Paul Lewis met het Leopold trio (Hyperion CDA 67373), maar ook hier wordt Mozartspel van hoge orde getoond en ontstond een doorleefd stel vertolkingen doortrokken van de ware Mozartgeest.