CD Recensies

MOZART: SERENADE NR. 10 GRAN PARTITA, OGRINTCHOUK

Mozart: Serenade nr. 10 in Bes KV. 361/370a ‘Gran Partita’; Beethoven: Variaties in C over ‘Lá cî darem la mano’ uit Mozarts Don Giovanni nr. 1-8 WoO. 28. Leden van het Concertgebouworkest o.l.v. Alexei Ogrintchouk c.q. Alexei Ogrintchouk (h), Nicoline Alt (h) en Miriam Pastor Burgos (althobo). BIS SACD 2463 (58’07”). 2019
 
Van Mozarts vele Serenades voor blazers is de ‘Gran Partita’ een bijzonder juweel. De uniek kleurrijke partituur voor paren van hobo’s, klarinetten, bassethoorns (een warm klinkend, lager gestemd neefje van de klarinet), fagotten, vier hoorns en contrabas verleent het werk een groots, haast symfonisch karakter.
Met een - in dit geval - duur van 47’ 51 is dit een van zijn langere kamermuziekwerken. Mozart voltooide het werk kort nadat hij vanuit Salzburg naar Wenen was verhuisd en ht toont duidelijk zijn gegroeide rijpheid ten opzichte van het lichte amusementswerk dat hij in Salzburg moest leveren.
Het adagio vormt de kern van het werk. Daarin vermengen zich hemelse melodieën met elkaar boven een hypnotiserende, kalm voortgaande begeleiding (het is dit deel dat Salieri beschrijft in Peter Shaffers toneelstuk Amadeus).
Mozart had een zwak voor de de diverse volle klanken die blaasinstrumenten konden produceren en het zal niet verbazen dat de blazers van het Concertgebouworkest onder leiding van eerste hoboïst Ogrintchouk deze muziek alle recht doen. Anders dan in sommige van de vele andere opnamen zijn hier de kenmerkende timbres van ieder individueel instrument goed te horen.
De opname klinkt in de beste Bis traditie mrt de nodige ruimte tussen de instrumenten en de tutti klinken met veel verve. Het eerste en laatste deel klinken bijzonder levendig, de menuetten bezitten een dansachtige gratie en het adagio en de Romanze zijn goed doordacht.
Aardig dat Beethovens Variatiewerk voor leden van de hobofamilie ook een plaatsje kreeg. In een Vergelijkende Discografie uit 2007 kregen  het Consortium classicum (MDG MDG 301.1077-2), het Nederlands blazersensemble (NBE NBECD 017) en Sabine Meyer c.s. (EMI 754.457-2) de voorkeur. De nieuwe uitgave verdient een even prominente plaats.