Mahler, A.: Liederen (compleet). Die stille Stadt; In meines Vaters Garten; Laue Sommernacht; Bei dir ist es traut; Ich wandle unter Blumen; Licht in der Nacht; Waldseligkeit; Ansturm; Erntelied; Hymne; Ekstase; Der Erkennende; Lobgesang; Hymne an die Nacht; Leise weht ein erstes Blühn; Kennst Du meine Nächte; Waldgespräch. Charlotte Margiono (s) met het Brabants orkest o.l.v. Julian Reynolds. Globe GLO 5199 (64’39”). 1999
Mahler, A.: Liederen (compleet). Die stille Stadt; In meines Vaters Garten; Laue Sommernacht; Bei dir ist es traut; Ich wandle unter Blumen; Licht in der Nacht; Waldseligkeit; Ansturm; Erntelied; Hymne; Ekstase; Der Erkennende; Lobgesang; Hymne an die Nacht; Leise weht ein erstes Blühn; Kennst Du meine Nächte. Lilli Paasiki (ms) met het Tampere filharmonisch orkest o.l.v. Jorma Panula. Ondine ODE 1024-2 (50’59”). 2003
Mahler, A.: Liederen (compleet). Die stille Stadt; In meines Vaters Garten; Laue Sommernacht; Bei dir ist es traut; Ich wandle unter Blumen; Licht in der Nacht; Waldseligkeit; Ansturm; Erntelied; Hymne; Ekstase; Der Erkennende; Lobgesang; Hymne an die Nacht; Zemlinsky: Da waren zwei Kinder op. 7/1; Entbietung op. 7/2; Meeraugen op. 7/3; Irmelin Rose op. 7/4; Sonntag op. 7/5. Rutz Ziesak (s), Iris Vermillion (ms), Christian Elsner (t) en Cord Garben (piano). CPO CPO 999.455-2 (59’06”). 1996
Nadat ze op 22-jarige leeftijd met Mahler was getrouwd., eindigde de korte periode als componiste van Alma Schindler (1879 - 1964). Maar deze buitengewone vrouw was alles andere als het slachtoffer van mysogenie. Ze overleefde haar man vijftig jaar, vernietigde op één na al haar brieven aan hem en hield die van haar aan hem achter uit vrees dat h et nageslacht te wreed over haar zou oordelen. Bij de muziek die ze voor haar begrafenis uitkoos, was niets van Mahler.
Een soort pathologische wreedheid, antisemitisme, ijdelheid en de gedachte dat de wereld haar iets schuldig was vanwege haar briljante geest en haar muzikale talent beheersten haar geest. Iets dergelijks was het geval bij de door haar bewonderde Wagner. Net als hij was ze een bewonderaar van Nietzsche.
Haar huwelijken - met Gustav Mahler, Walter Gropius en Franz Werfel - en haar vele intieme relaties met de schilder Gustav Klimt (die haar als 17-jarige de eerste kus gaf), haar compositieleraar Alexander Zemlinsky (haar eerste minnaar) en de schilder Oskar Kokoschka (mogelijk de enige van wie ze echt hield) hebben haar bestempeld tot een van de beroemdste muzen en femmes fatales.
Alma genoot een gepriviligeerde opvoeding in hedonistisch Wenen. Haar vader Emil las haar uit Goethe voor. Een bewonderaar stuurde haar een krat met klassiekers, inclusief Stendhal en Ibsen.
Ze moet ook een innemende, heel gecultiveerde gast zijn geweest tijdens diners. Omdat ze aan een oor doof was, leunde ze altijd naar de spreker naast haar. Met Siegried Lipiner, een van Mahlers favoriete intellectuele tegenstanders, discussieerde ze over Plato’s Symposium. Maar hij vond haar ‘rancuneus, ijdel en aanmatigend met een gebrek aan hartelijkheid en oprechtheid. Maar haar bewonderaars zagen dat, verblind als ze door haar waren, niet in.
Toen Alma in 1902 met Mahler trouwde was ze alm zwanger van hun eerste kind en hij, 19 jaar ouder, idoliseerde haar. Omgekeerd bewonderde zijn hem als de eminente dirigent van de Hofoper, maar ze was nooit een fan van zijn muziek met uitzondering van de Symfonieën nr. 6 en 7 en het Lied von der Erde.
Haar eigen rol als componiste was tot nul gereduceerd. Op het hoogtepunt van de crisis in Mahlers huwelijk - de drie mokerslagen zoals hij die noemde - Alma’s affaire met de jonge architect Walter Gropius, de dood van zijn vijfjarige dochter en de ontdekking van zijn hartkwaal, werd Mahler door niemand minder dan Freud geadviseerd om Alma weer te laten componeren. Hij moedigde haar zelfs aan en beloofde ze te zullen uitgeven.
Toch resten ons niet meer dan zeventien liederen van Alma; ze zijn ongedateerd en er wordt verondersteld dat het om vroege composities gaat. Ze heeft daarna geen muziek meer geschreven omdat ze het niet kon opbrengen nog met wat nieuws te komen ‘uitgezogen’ als ze was door het leven met een veeleisend neurotisch genie (dat o.a. van haar verlangde dat ze bijna iedere vond haar man laat te voet ophaalde van de Hofoper om het even of hij daar gedirigeerd had of niet en op ze zwanger was of niet.
Alma Mahlers liederen tonen neen bijzondere gave voor melodie; de muziek is soms zinnelijk, koket, intens Wagneriaans, maar ook verrassend, intiem en charmant. Ze had een voorkeur voor gedichten van Richard Dehmel en Rainer Maria Rilke.
Normaal worden deze liederen met pianobegeleiding gezongen, maar Colin en David Matthews zorgen ook voor orkestratie. Dit drietal cd’ laat diverse mogelijkheden tot uitvoerring horen; alle drie zijn ze zeer de moeite waard, met een geringe voorkeur voor Margiono.