CD Recensies

MOZART: STRIJKKWARTETTEN NR. 21-23, PRUISISCHE

Mozart: Strijkkwartetten nr. in 21 D KV. 575, 22 in Bes KV. 589. 23 in F KV. 590, ‘Pruisische kwartetten’. Doric kwartet. Chandos CHAN 20249 (2 cd’s, 1u. 30’02”). 2020
 
De drie Pruisische Strijkkwarteten van Mozart dateren van kort na zijn bezoek aan Berlijn en Potsdam aan Frederik de Grote begin 1789. Het eerste werd geschreven kort na zijn terugkeer in Wenen en is opgedragen aan Zijne Majesteit, koning van Pruisen, in de hoop meer opdrachten in de wacht te slepen of  zelfs een aanstelling aan het hof te krijgen.
Mozart zorgde ervoor dat de cello - het instrument van de koning - prominent voorkwam in deze werken.  Hij plezierde de koning met gedenkwaardige passages zoals ht beginthema van de cello in het langzame deel van KV. 589.Zo zijn er heel wat andere voorbeelden die qua techniek geen concessies doen.
In de vroegere kwartet heeft de eerste viool meestal de eerste partij, maar hier spelen de vier instrumenten een gelijkwaardige rol en dat maakt ze des te sterker.
Het Drolc kwartet van Alex Redington, Ying Xue (v), Hélene Clément (va) en John Myerscough (vc) is een van de intelligentste en meeslependste ensembles va nu. De spelers  tonen de nodige zwier, hun klank is steeds gaaf en gul en toch  doordrenkt van fraaie details en een verrukkelijke frasering. Ze zijn vooral boeiend in de finales, met name in KV 590, dat tot Mozarts meest bezielde en zorgeloze composities behoort. Maar de langzame delen krijgen ook de juiste mate aan teerheid mee en vooral in KV. 575 wordt heel charmant gespeeld. De 'scherzi’ klinken soepel en levendig, in KV 589 zelfs opwindend.
Zo is gezorgd voor een nieuwe hoogwaardige verklanking van dit drietal werken waarvan al zowat vijftig opnamen bestaan. Met die van het Leipzigs kwart (MDG 307.0935-2) en het Petersen kwartet (Capriccio CAP 10434) behoren ze tot de mooiste.