Monteverdi: Vespro della beata vergine da concerto. Roberta Invernizzi (sopraan), Monica Piccinnini (sopraan), Anna Simboli (sopraan), Sara Mingardo (alt), Francesco Ghelardini (altus), Vincenzo di Donato (tenor), Luca Dordolo (tenor), Gianluca Ferrarini (tenor), Pietro Spagnoli (bariton), Furio Zanasi (bariton), Antonio Abete (bas) en Daniele Carnovich (bas) met Concerto italiano o.l.v. Rinaldo Alessandrini. Naïve OP 30403 (2 cd’s, 105’). 2004
Alessandrini en zijn Concerto italiano hebben in de loop der tijd een geweldige reputatie opgebouwd als vertolkers van Monteverdi’s madrigalen. Daaraan liggen een grote kennis en begrip van de subtiliteiten van zowel de betekenis als de uitspraak van het Italiaans ten grondslag plus een goede stilistische opvatting van de uitvoeringspraktijk van de hier nodige zeventiende eeuwse vocale stijl en techniek.
Getuigend van veel gevoel voor drama en een levendige muzikaliteit maakten zij in 1996 al een opname van dit belangrijke deel van Monteverdi’s kerkmuziek. In 2004 keerden de dirigent en zijn ensemble terug naar dit materiaal dat ze nu solistischer, dat wil zeggen in kleinere bezetting interpreteren. Hij houdt keurig de gepubliceerde volgorde aan, maar transponeert wel het Lauda Jerusalem en het Magnificat om het geschikt te maken voor zijn sobere aanpak.
Vergeleken met die vorige realisatie is de eenheid groter, het dramatisch contrast wat geringer. Een interessante, goeddeels overtuigende visie. Maar ondanks (of juist) ten gevolge van de kleinere bezetting zijn nu en dan ritmische onnauwkeurigheden waarneembaar en niet alle solisten zijn even geweldig, hoewel hun niveau over het geheel hoog is. Hooguit Furio Zanassi is wat onzeker in Nigra sum. De instrumentalisten overtuigen over de hele linie. Een productie dus met meest onthullende en verrassende aspecten, getuigend van veel flair en élan. Zeker de beluisteren naast die eerdere, ‘grotere’ realisatie en eventueel ook naast die van Parrott (Virgin 561.662-2) en Christie (Erato 3984-23139-2).