Mozart: Hobokwartet in F KV 370/368b; 3 Aria’s uit Die Zauberflöte voor hobo en viool: ‘Der Vogelfänger bin ich ja’,’Ach, ich fühl, es ist verschwunden’ ‘Der Rache kocht in meinem Herzen’; Adagio in c KV 580 voor althobo, viool en altviool; Britten: Phantasy quartet; Dohnanyi: Serenade voor viool, altviool en cello in C op. 10. Lisa Batiashvili (v), François Leleux (h, ah), Lawrence Power (va) en Sebastian Klinger (vc). Sony 88697-28585-2. (63’19”). 2008
Een aardige gedachte om een kamermuziekoptreden te baseren op een echtpaar met gasten. In dit geval gaat het om violiste Lisa Batiashvili en haar man hoboïst François Leleux met vermoedelijk een paar van hun vrienden.
Samen zorgen ze voor ruim een uur levendig musiceren waarbij onbekend moois aan het licht wordt gebracht. Meteen van Mozarts hobokwartet wordt charmant en geanimeerd tot leven gewekt waarbij de lichte, heldere, plooibare toon van Leleux erg bekoort.
Maar minstens zo leuk is het arrangement van die bekende aria’s uit Die Zauberflöte in een eigentijdse bewerking voor fluiten of violen: eentje van de vrolijk klinkende aria van Papageno, een roerende van Pamina en een haast bespottelijke van de Koningin der nacht.
De ééndelige Phantasy van de 19-jarige Britten is rijk aan mooie details met niet alleen een treffende, goed timende hobo, maar ook met prachtige strijkers, vooral in het climaxgedeelte uit het midden.
De vriendelijk ingenieuze Serenade van Dohnanyi klinkt wat extrovert (vergelijk het Leopold trio op Hyperion), maar maakt ook zo een heel goede indruk.